welkom
commentaren
Solidariteit

Commentaar 157 - 24 oktober 2010

Een revanchistisch kabinet: bedreigingen en kansen

Wim van Noort

Het huidige, pas aangetreden kabinet is mijns inziens terecht aan te duiden als revanchistisch. VVD en CDA zien met steun van de PVV de kans schoon om definitief af te rekenen met allerlei linkse verworvenheden. 'Links' moet daarbij in brede zin opgevat worden, variërend van het maatschappijkritische protest van de jaren zestig en zeventig tot de zeer gematigde PvdA.

Of het nu krakers, dierenactivisten of brave sociaal-democratische bestuurders zijn: er moet en zal met hen afgerekend worden. Milieuorganisaties, internationale solidariteitsgroepen, cultuurorganisaties zullen het moeilijk krijgen en huurders, migranten, gebruikers van openbaar vervoer en bijstandstrekkers zijn het kind van de rekening.
Tot een echte afrekening met de vakbeweging is het nog niet gekomen, maar hier zullen de vergrijzing en gestaag dalende organisatiegraad waarschijnlijk het in de ogen van de rechtse partijen (en D66 en wellicht tegenwoordig zelfs ook GroenLinks) heilzame werk doen.

Gedoofd elan

Het is duidelijk dat dit een bedreiging vormt voor allerlei linkse organisaties, waar nog bij komt dat juist ook veel laag opgeleide en betaalde mensen deze aanvallen van harte steunen, want milieu, internationale solidariteit en cultuur zijn immers primair hobby's van elites die profiteren van wat hard werkende Nederlanders verdienen - zo luidt het sentiment. Met name de Telegraaf en commerciële zenders hebben dit beeld versterkt, maar niet ontkend kan worden dat veel laag opgeleiden dit ook menen en voelen. Door de opkomst van het rechtspopulisme krijgen dergelijke al langer levende opvattingen de ruimte.
Tegelijkertijd biedt een dergelijke ontwikkeling ook kansen. De linkse 'beweging' is de afgelopen decennia sterk verbureaucratiseerd en verstatelijkt. Tot de opbouw van de verzorgingsstaat steunde de arbeidersbeweging op eigen kracht; denk aan de met de spreekwoordelijke dubbeltjes en kwartjes van de arbeiders opgebouwde VARA. Ten tijde van de verzorgingsstaat was de 'rode familie' van PvdA, NVV/FNV en VARA sterk ingekapseld en geïnstitutionaliseerd, maar er ontstonden nieuwe, progressieve bewegingen als de milieu-, vrouwen- en vredesbeweging die ook de oude gevestigde organisaties nieuwe impulsen gaven.
Na de jaren tachtig van de vorige eeuw is het elan er bij links Nederland echter grotendeels uitgegaan. De SP heeft electoraal successen geboekt, maar is er toch ook niet in geslaagd grote mobilisaties te organiseren. De vakbeweging heeft geprobeerd de kool en de geit te sparen en heeft daardoor te weinig aantrekkingskracht; te grauw en ouderwets voor veel jongeren en hoger opgeleiden, te tam en te veel establishment voor veel ouderen en lager opgeleiden.

De vraag is nu hoe het verder moet. Ik zie zelf in eerste instantie twee mogelijkheden: meer vertrouwen op eigen kracht en een breed debat over wat solidariteit anno 2010 behelst.

Vertrouwen op eigen kracht

Milieuorganisaties en internationale solidariteitsorganisaties staan nu voor de grootste uitdaging in hun bestaan. Een defensieve strijd om behoud van subsidies is volgens mij hooguit uitstel van executie. De opgave is om te laten zien dat grote aantallen Nederlanders nog wel bereid zijn de strijd voor emancipatie, milieu en solidariteit te steunen, financieel maar ook op allerlei andere manieren. Daar past ook een minder gouvernementele en meer militante opstelling bij, minder op beleid en staat gericht en meer op de bevolking en op concrete strijdpunten. 'Back to the roots', zou mijn motto zijn.
Hetzelfde geldt ook voor de vakbeweging. De massale acties in 2004 tegen de plannen van het tweede kabinet-Balkenende lieten zien dat er nog steeds een groot mobilisatiepotentieel onder werknemers is. Wil de vakbeweging niet in elkaar storten als een reus op lemen voeten, dan zal ook hier de nadruk veel meer op de behoeften en noden van de gewone leden moeten liggen in plaats van op beïnvloeding van en 'goed overleg' met de 'politiek' en de werkgevers. In dat verband zou een discussie over het zogenaamde vakbondstientje, dat wil zeggen de financiële bijdrage die veel werkgevers aan de vakbonden geven, geen kwaad kunnen - hoe serieus is een vakbond die zich voor een deel door ondernemers laat financieren?
Hier past ook bij dat, zoals bepleit in het manifest Voor een ander Nederland, linkse partijen in ieder geval pragmatisch samenwerken. Maar tegelijkertijd is dit niet genoeg, want links Nederland kent ook genoeg problemen. Back to the roots betekent: terug naar waar het oorspronkelijk om begonnen was, om waarden als emancipatie, bevrijding, solidariteit. Tegelijkertijd heeft het geen zin terug te grijpen op 'oude vormen en gedachten'; waar het om gaat, is de oude waarden een moderne invulling te geven. Het kan bijvoorbeeld in discussies best zinvol zijn een begrip als 'arbeidersklasse' te gebruiken, maar voor mobilisaties is de klassieke socialistische terminologie op dit moment krachteloos.

Solidariteit anno 2010

Politiek links Nederland heeft voor een groot deel het contact met laag betaalde Nederlanders verloren. De kloof tussen hoger en lager opgeleiden lijkt nauwelijks meer te overbruggen. De vakbeweging weet nog wel veel lager opgeleiden te organiseren, vooral in de bouw en de publieke sector, maar slaagt er niet of nauwelijks in jongeren aan te trekken die zich niet aangesproken voelen door de traditionele aanpak van vakbonden. Uit de recent gepubliceerde International Civic and Citizenship Education Study, waarvoor 140.000 middelbare scholieren onderzocht zijn op hun 'burgerschapscompetenties', bleek dat Nederlandse scholieren slecht scoren op het gebied van burgerschap in vergelijking met hun Europese leeftijdsgenoten. Zo staan ze zeer afwijzend ten opzichte van gelijke rechten voor migranten! Als die bevinding klopt, is dat een wenkend perspectief voor rechts-populistische groeperingen.
Aan de ene kant moeten linkse partijen elkaar niet de maat nemen, aan de andere kant is een discussie over wat linkse politiek en solidariteit in 2010 betekenen noodzakelijk. Ik denk dan aan bijvoorbeeld de volgende thema's.

  • De positie ten opzichte van migranten/nieuwkomers.
    Er bestaat in Nederland onder grote delen van de bevolking veel weerzin tegen 'de buitenlanders'. Het heeft geen zin hiervoor de kop in het zand te steken. Tot nu toe heeft niemand een effectief antwoord op dit vraagstuk weten te geven en dat geldt voor mij ook. Het is ook een complex vraagstuk met veel kanten. Vooral lager betaalden hebben hiermee te maken; denk maar aan de bouwvakkers die zich terecht bedreigd kunnen voelen door de grote toestroom aan Oost-Europeanen. Wat houdt 'solidariteit' in dit geval in?
  • Jongeren en ouderen.
    Steeds weer wordt gesuggereerd dat er een belangentegenstelling tussen jongeren en ouderen is. Ouderen profiteren van allerlei voorzieningen en jongeren moeten het gelag betalen, is de beeldvorming. Wat is in dit geval solidariteit?
  • Lager en hoger opgeleiden.
    De politicologen Bovens en Wille typeren Nederland als een diplomademocratie, waarin hoger opgeleiden de dienst uitmaken. De opkomst van de 'leefbaar partijen', de LPF en de PVV is een correctiemechanisme, waarmee lager opgeleiden terrein terug veroveren op hoger opgeleiden. Tegelijkertijd heeft dit mechanisme tot nu toe bepaald niet bijgedragen aan linkse politiek.

Het voordeel van alle recente ontwikkelingen is dat de problemen nu niet meer ontkend kunnen worden. Actie en debat: dat moet het linkse antwoord op de rechtse uitdaging zijn.

Klik hier