welkom
commentaren
Solidariteit

Vijfentwintig jaar na de opstand

Jan Taat

Afgelopen vrijdag 25 februari was het 25 jaar geleden dat de volksopstand EDSA (het Filippijnse Tahrir-plein), de dictator Marcos verdreef. Onder de dreigende wolken van de aankomende voedselcrisis - de Wereldbank heeft het over 1.000.000.000 hongerenden - een terugblik op de ontwikkelingen in de Filippijnen. Tot slot een paar opmerkingen over de nieuwe regeringen in de Filippijnen en Nederland.

De omwenteling in 1986 bracht een nieuwe president, Cory Aquino, aan de macht, maar de verschillende familieclans hielden de touwtjes stevig handen. In een mengeling van goede bedoelingen en pogingen om het verzet op het platteland te breken, startte ze een grootschalige landhervorming. Het verdelen van publiek land aan kleine boeren verliep al moeizaam, maar het proces verzandde volledig toen de grootgrondbezitters aan de beurt waren. Een elite die zich verschuilt achter een amorfe bureaucratie is moeilijker te bevechten dan een dictator.

People's Assembly Street demonstratief veranderd in People's - Street. Emoties op de gezichten van demonstranten in EDSA na de aangekondiging dat Marcos getrouwe mariniers de aanval inzetten. Uiteindelijk zullen de mariniers daarvan afzien (foto Joe Galvez).

Schulden sturen ontwikkeling

Marcos nam zijn miljarden mee en liet aanzienlijke schulden achter. Zijn opvolgster erkende de verplichtingen - ze had ook kunnen zeggen dat je geen geld moet lenen aan een misdadiger - en volgde trouw de aanwijzingen van de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds. Boodschap: de markt moet zijn werk doen.
Om het speelveld van de markt te vergroten, werden de invoerrechten afgebouwd. Dat had twee gevolgen. Ten eerste verloor de overheid een belangrijke bron van inkomsten en de staatsschuld liep snel op. Recentelijk hebben we in Europa gezien wat er gebeurt als je wel schulden maar geen AA-rating hebt: in handen van de financiële markt betaal je woekerrente. Ten tweede verloren de (kleine) boeren de concurrentie met het buitenland. De rijstproductie daalde en de rijstexport veranderde in rijstimport. Rijst is naast maïs het basisvoedsel en juist het armste gedeelte van de bevolking is afhankelijk geworden van de wereldmarkt.

Multinationals namen de landbouwproductie over, een proces dat nog steeds gaande is. Het land is geleasd, landarbeiders zijn voor lage lonen gehuurd, bananen en ananas voor export verbouwd. Dat is echter niet voldoende om de schuldenlasten op te vangen. Gloria Arroyo, president van 2001-2010, had daarom nog twee speerpunten: grondstoffen en mensen.

Goud en mensen

De Filippijnen zijn rijk aan grondstoffen, met name metalen (goud, chroom, koper). Helaas bevinden die zich in de toch al gedecimeerde bosgebieden met inheemse bewoners. De winning van de metalen is dagbouw, waardoor duizenden hectares bos verloren dreigen te gaan voor een paar miljard aan deviezen. Mede dankzij het verzet is deze ontwikkeling vertraagd.
Niet vertraagd is de export van mensen. De lage lonen in de Filippijnen maken het aantrekkelijk om in het buitenland te werken. Families financieren de opleiding van kinderen in de verwachting dat dezen in het buitenland goud gaan verdienen. Maar ook ouders (vaak de moeder) vertrekken als er een mogelijkheid is. Ongeveer tien miljoen Filippijnen (Overseas Filipine Worker, OFW) werken in het buitenland, voornamelijk de Verenigde Staten, het Midden-Oosten en Europa. Dat is tien percent van de bevolking. De familie is sterk afhankelijk van het geld dat uit het buitenland komt. De druk op de OFW is groot, terwijl de kennis van de omstandigheden en problemen in het buitenland soms tekortschiet. Omgekeerd hebben ook veel OFW's te hoge verwachtingen van de investeringen met hun geld. Als ze na bijvoorbeeld vijf jaar terugkeren en niets veranderd blijkt, is de schok groot. Veel drama's dus. Een andere keerzijde van de braindrain is de stagnerende ontwikkeling van de industrie in de Filippijnen zelf.

Nieuwe regeringen

De nieuwe president is Noynoy Aquino. Inderdaad de zoon van, met veel goede voornemens. Na de eindeloze intriges, zelfverrijking en schandalen van Arroyo is Aquino een grote verbetering. Veel mensen hopen op een verandering en een hernieuwde economische groei. Dat zal gezien de omstandigheden niet meevallen en zonder massale actie niet lukken.

De nieuwe regering in Nederland gaat de ontwikkelingssamenwerking aanpakken. "Nederland heeft direct belang bij internationale stabiliteit en veiligheid, bij energie- en grondstoffenzekerheid, bij een goede internationale rechtsorde en bij een 'gelijk speelveld' met alleen noodzakelijke regels. Ontwikkelingssamenwerking is daarom integraal onderdeel van breed buitenlands beleid." (Bijlage - Kamerbrief inzake basisbrief Ontwikkelingssamenwerking, 22-11-2010.)
De Nederlandse regering zet het geld voor ontwikkelingssamenwerking (70 cent per 1.000 euro van het bruto nationaal product) in om grondstoffen te bemachtigen en markten te openen. Dat zal die 1.000.000.000 mensen met honger - de markt doet zijn werk - niet helpen. Een reden te meer voor massale actie tegen deze regering.

Achtergrondinformatie: Walden Bello, The Anti-Development State, Anvil Publishing, 2009.

Klik hier