Commentaar nr. 1, oktober 2004
Onderhandelingen live op radio en tv
Woensdagmorgen, 27 oktober 2004, Radio 1. Een strijdbare staker bij Corus eist van Balkenende, De Geus en Zalm: "Snel netjes aan tafel komen voor een eerlijk en open gesprek over de meningsverschillen."
Wat open en eerlijk ook mogen betekenen, stel dat het gebeurt - en daar is inmiddels sprake van - wat dan? Zijn het weer geheime besprekingen in een pied-à-terre of aan een keukentafel? Een akkoord op hoofdlijnen achter de rolluiken van een bistro? Of zijn de onderhandelingen live te volgen op internet, televisie en radio? Te zien op grote schermen in bedrijven en kantoren, op scholen en pleinen? Een oude waarheid is toch: wie strijdt, controleert en beslist.
Hoe dan ook, we maken volop acties mee en zien tegelijkertijd een sterke overlegbehoefte bij de bondsbestuurders. Het mediagedoe van 'bewegen, gebaren en stapjes maken' is in volle gang, zonder helderheid over de eisen, de mogelijke breukpunten, wat minimaal binnengehaald moet worden en wie daar het laatste woord over heeft. Deze mistigheden zijn helemaal hinderlijk, als het klopt dat het kabinet onder invloed van de demonstraties en de (aangekondigde) stakingen tot praten gebracht is - en ook nog over 'alle onderwerpen'. Want dan zou niet de gesprekshervatting centraal moeten staan, maar de uitbreiding van de acties. Een andere oude waarheid luidt immers: eerst duwen, dan trekken en vervolgens neerleggen.
Minder slecht
Het opgelaaide verzet van vakbondsleden is inspirerend, maar is gericht op een serie verslechteringen die bovendien meer raken dan vut, prépensioen en wao. Het is niet moeilijk te bedenken dat ten opzichte van dreigende verslechteringen de te sluiten compromissen afgezwakte verslechteringen bevatten. Een keuze tussen kwaden dat als een succes gezien moet worden.
Neem de nieuwe wetgeving over arbeidsongeschiktheid. De vakcentrales vinden die terecht slecht en stellen daar het SER-advies van twee jaar geleden tegenover. Maar dat advies was een compromis met werkgevers en deskundigen, waarin arbeidsongeschiktheid een nieuwe definitie kreeg en alleen maar erkend werd wanneer ziekteherstel de eerste vijf jaar uitgesloten was. In alle andere situaties moest een private verzekering voorzien of resteerde een aanzienlijk inkomensverlies dat tot het niveau van de bijstand kon reiken.
Of neem het van alle kanten toegejuichte "Sociaal Manifest" dat op 27 oktober gepubliceerd werd. Een sigaar uit een oude doos en in 1995 onder de naam 'cappuccino model' gepresenteerd. Het moment dat het manifest naar buiten kwam, kan dus niet toevallig zijn. Een plan dat uit drie delen bestond: een gegarandeerde basisuitkering (koffie), aanvullingen via de cao (melk) en een private verzekering (cacao). Toen gevreesd, vanwege de gelijkenis met het 'biologisch minimum' van de VVD, de beperkte dekkingskracht van de cao en de alleen voor de hoge inkomens gunstige privatisering. Nu bewonderd, vanwege de open flexibiliteit: niet dichtgetimmerd met ondergrenzen, en de heldere verantwoordelijkheidverdeling: prachtig samenspel tussen overheid, gezin, sociale partners en verzekeringsbedrijven. Deze 'verantwoordelijkheden' zijn goed vertegenwoordigd bij de ondertekenaars, vooral de verzekeringsbazen en daarna twee notabelen van de FNV. Eén van hen, de voorzitter van FNV Bondgenoten Henk van der Kolk, voelde kennelijk nattigheid en zei dat op 'persoonlijke titel' gedaan te hebben, even vergetend dat persoon en functie samenvallen; over verantwoordelijkheden gesproken.
Overigens is dat manifest een postmodern leerstuk, vol 'newspeak' en investeringen in jezelf, je menselijk kapitaal, je zorg en je toekomst. De verzekeraars glunderen met jeukende handen over zo veel risicovol individualisme.
Om nog even op het begin terug te komen. Zalm en Balkenende bezweren op de buis de kans op sociale vrede: 'we beloven niets, maar het zit er dik in'. Voor de rest is het stil, dodelijk stil. Volgens voorlichters en andere deskundigen is dat een goed teken, want broedende hanen willen niet gestoord worden. Het zouden ook gevoelens van diepe schaamte kunnen zijn, want wie onderhandelt er nou over de kosten van de oorlog?
Hans Boot
|