welkom
commentaren
Solidariteit

Commentaar nummer 25 - 2 oktober 2005

Furie Rita teistert buitenlandse werknemers

Jan Taat

Op 15 september (2005) verscheen het rapport van de Rekenkamer over de behandeling door de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van de aanvragen voor een verblijfsvergunning (316.000 in 2004). Voor alle duidelijkheid: dus niet over de problematische asiel- en naturalisatieprocedures (30.000 per jaar). Een aanzienlijk deel van die aanvragen betreft buitenlandse werknemers in Nederland. Daarbij gaat heel veel fout.

Vroeger regelden de gemeenten de afgifte van verblijfsdocumenten voor buitenlandse werknemers en studenten. Dat liep niet altijd even soepel en minister Nawijn van Balkenende I vond dat hij de man was die dat kon verbeteren. Meer controle en bezuinigingen op het vreemdelingenbeleid doen het goed in Den Haag en Nawijn verordonneerde dat de taken van de gemeente overgeheveld werden naar de IND. Zijn opvolgster, Rita Verdonk, voerde de reorganisatie uit en de chaos was in de zomer van 2004 zo groot dat een onderzoek door de Tweede Kamer dreigde. Verdonk voorkwam dat door de Rekenkamer opdracht te geven het functioneren van de IND onder de loep te nemen. Vooral de nauwkeurigheid van de beslissingen en de tijdigheid van de afgifte van de verblijfsdocumenten.
Het zou overigens interessant geweest zijn de uitvoering van de reorganisatie aan een onderzoek te onderwerpen - welke fouten, onder wiens/wier verantwoordelijkheid en vooral aandacht aan de gevolgen voor de 'klanten', de buitenlandse werknemers.

Schokkend

Hoe beperkt de doelstelling van het onderzoek door de Rekenkamer ook was, de resultaten zijn schokkend. Enkele voorbeelden:

  • wettelijke termijnen worden niet gehaald,
  • computersystemen zijn niet op elkaar afgestemd,
  • planning is niet mogelijk, omdat de tijdsbesteding onbekend is,
  • samenwerking met gemeenten en buitenlandse diensten is onvoldoende,
  • kosten zijn onbekend.
Ondanks deze vernietigende kritiek komt Verdonk waarschijnlijk goed weg. Ze geeft Nawijn de schuld, stelt dat het al beter gaat en dat ze met de aanbevelingen van de Rekenkamer de zaak prima op de rails heeft. Aangezien CDA en VVD vriendelijk zijn voor elkaars ministers, is er geen kamermeerderheid voor een breder onderzoek naar het verloop van de reorganisatie bij de IND. Daarbij komt dat de slachtoffers buitenlanders zijn, waarvoor een deel van de Tweede Kamer weinig sympathie heeft.

Slachtoffers

De 300.000 aanvragen per jaar komen van buitenlandse studenten, werknemers en gezinsleden (partners); voornamelijk verlengingen van bestaande verblijfsvergunningen. Drie maanden voordat de verblijfsvergunning afloopt, volgt een bericht dat de vergunning verlengd moet worden. De IND doet echter negen maanden (drie meer dan de wettelijke termijn) over een beslissing. Dat kan problemen opleveren bij de werkgever of de school/universiteit. Bellen, schrijven, klagen, smeken en dreigen heeft geen nut. De Kafkaiaanse bureaucratie stuurt de klager gewoon in de rondte. Van rechten is geen sprake. Hoeveel mensen zijn afgehaakt, is onbekend; misschien is dat voor de bewindslieden wel een prettige bijkomstigheid.

Gemiste kansen

Bij de IND werken 3.500 mensen die reorganisatie na reorganisatie doormaken en tussen de organisatorische puinhopen de zaak draaiende moeten houden. Dus alle aanleiding voor de vakbeweging de belangen van de werknemers te verdedigen. Zelfs de dader, Verdonk toonde vorig jaar haar medelijden: "Van de IND weet ik - uit eigen ervaring - dat de medewerkers geen gemakkelijke taak hebben. Het werk rond toelating en verblijf is ingewikkeld en brengt grote verantwoordelijkheden met zich mee. Dan kan het gebeuren dat niet altijd alles even soepel loopt."

Mogelijk heeft de ABVAKABO FNV 'stille diplomatie' bedreven, maar een publiciteitsoffensief had meer geholpen. Dat waren dan twee vliegen in één klap geweest. Want in dit geval hadden het personeel van de IND en de klanten hetzelfde belang: een goedlopende organisatie voor een tijdige verstrekking van de verblijfsdocumenten. Ook voor FNV Bondgenoten bestond - en bestaat - de mogelijkheid op te komen voor de belangen van buitenlandse werknemers in Nederland, maar ook daar was het stil.

Klik hier