Solidariteit – Commentaar 375 – 17 februari 2019
Honderd jaar arbeidsrechten
Dick de Graaf
Duurzame vrede kan alleen worden bereikt als die gebaseerd is op sociale rechtvaardigheid. Voor velen mogelijk een waarheid als een koe. Maar het is letterlijk de preambule van de tekst van hoofdstuk 13 van het Verdrag van Versailles, het vredesverdrag dat in 1919 werd afgesloten na de beëindiging van de Eerste Wereldoorlog. Dat is dus precies honderd jaar geleden. En als invulling van deze preambule werd in datzelfde jaar de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) opgericht.
Die IAO bestaat dit jaar dus een eeuw. Daar wordt op verschillende manieren natuurlijk veel aandacht aan besteed. Het beste is dat te volgen op de website van de IAO ofwel International Labour Organization: www.ilo.org
Sociale onrechtvaardigheid
Het is de moeite waard om nog een deel van deze preambule letterlijk te citeren: "En aangezien er arbeidsomstandigheden bestaan die zodanige onrechtvaardigheid, ontbering en gebrek veroorzaken voor grote aantallen mensen dat zij in die mate onrust veroorzaken dat zij de vrede en harmonie in de wereld in gevaar brengen; en dat verbetering van deze omstandigheden urgent vereist is: zoals, bijvoorbeeld, door het reguleren van de werkuren, inclusief het vaststellen van een maximaal aantal uren per dag en per week, de regeling van de arbeidsvoorziening, het voorkomen van werkloosheid, de voorziening van een adequaat leefbaar loon, de bescherming van de arbeider tegen ziekte, kwalen en verwondingen voortkomend uit zijn werk, de bescherming van kinderen, jongeren en vrouwen, voorzieningen bij ouderdom en letsel, bescherming van de belangen van werknemers als zij werkzaam zijn in andere landen dan hun eigen land, erkenning van het beginsel van vrijheid van vereniging, het organiseren van beroepsopleiding en technische scholing en andere maatregelen."
Nogmaals: we schrijven het jaar 1919! Waarna er nog waarschuwend aan wordt toegevoegd: "Aangezien ook het falen door enig land om menswaardige arbeidsvoorwaarden te scheppen een obstakel is op de weg van andere landen die de omstandigheden in hun eigen landen willen verbeteren" wordt besloten een internationaal orgaan op te richten om hierop toe te zien. En dat is dus de ILO.
Revolutie
De periode rond 1919 was ook wel een tijd van grootschalige sociale strijd. De Russische Revolutie van 1917 natuurlijk, maar ook felle opstanden en revolutionaire dreiging in Duitsland en andere Europese landen. Zelfs een klein beetje in Nederland. Een klimaat, kortom, dat voor de heersende klasse schreeuwde om beteugeling van deze sociale strijd en regulering van de arbeidsverhoudingen.
De grondregels van de ILO zijn opgesteld door een internationale commissie onder voorzitterschap van Samuel Gompers, de voorzitter van de AFL, de Amerikaanse Federatie van de Arbeid. Gompers was geboren in Londen, afkomstig uit een Engelse joodse familie die van oorsprong uit Amsterdam kwam. Deze commissie stelde voor een organisatie op te richten met een structuur bestaande uit drie geledingen: vertegenwoordigers van overheden, werkgevers en werknemers. En dat is zo verder ook uitgewerkt. Uniek in de wereld van de internationale organisaties. Een uitgangspunt dat de ILO heeft vastgehouden, ook na het uiteenvallen van de Volkerenbond, en dat behouden is in de huidige structuur van de ILO, nu functionerend als gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties (VN).
Conventies
De richtlijnen van de ILO worden vastgelegd in zogenoemde Conventies die internationale standaarden formuleren over de verschillende onderwerpen. De eerste, in 1919 al opgesteld, gaat over de werktijden. En in datzelfde jaar worden er nog eens vijf vastgesteld. Deze conventies moeten nog wel door de afzonderlijke landen geratificeerd worden en opgenomen in de eigen wet- en regelgeving, voordat ze daadwerkelijk van kracht worden en in het betreffende land afdwingbaar zijn. Daarnaast kent de ILO een klachtenprocedure bij niet-naleving van de geratificeerde conventies.
Van deze conventies zijn er inmiddels acht verklaard tot kernconventies, samen het boegbeeld van de internationale vakbondsrechten: Vrijheid van vereniging, Vrijheid van onderhandeling, Minimumleeftijd, Uitbanning ergste vormen van kinderarbeid, Geen gedwongen arbeid, Afschaffing gedwongen arbeid (als drukmiddel voor opvoeding en/of straf voor afwijkende meningen), Gelijke behandeling, Geen discriminatie.
Deze kernconventies zijn inmiddels algemeen aanvaard en behoren tot de gangbare standaard van de mensen- en vakbondsrechten, zoals die zijn opgenomen in tal van internationale afspraken en overeenkomsten. Van de VN Gedragsregels voor mensenrechten en Bedrijfsleven tot de ISO norm 26000 over Maatschappelijke verantwoordelijkheid (ISO: Internationale Organisatie voor Standaardisatie). Hoewel: een land als de Verenigde Staten van Amerika heeft van deze acht fundamentele conventies er slechts twee geratificeerd, alleen die van Afschaffing gedwongen arbeid en van Uitbanning ergste vormen van kinderarbeid. De elementaire conventies over het Recht van vereniging en van onderhandeling zijn door de VS niet geratificeerd en werden in het Congres al meerdere keren tegengehouden.
Werknemersgeleding
Vakbonden hebben altijd veel waarde toegekend aan hun werk in de geledingen van de ILO. De werkzaamheden van de werknemersgeleding worden gecoördineerd door het IVV, het Internationaal Verbond van Vakverenigingen. Momenteel is voormalig FNV-bestuurder Catelene Passchier de woordvoerder. Hoogste baas van de ILO, de directeur-generaal, is ex algemeen secretaris van het IVV, de Engelsman Guy Ryder.
Zelf heb ik in mijn vakbondswerk veel baat gehad van deze vastgelegde vakbondsrechten. In het internationale overleg over een ISO standaard voor duurzame cacaoteelt hoefde ik maar te melden, dat er over een bepaald onderwerp een ILO-conventie was, en het pleit was gewonnen. Vertegenwoordigers van multinationals als Mars Wrigley, Barry Callebaut, Mondelez, Cargill of Olam accepteerden dit dan al direct als een gegeven en een richtlijn. Ook in het huidige overleg over de IMVO-convenanten (Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) in Nederland worden de ILO conventies als een vaststaand recht erkend en gehanteerd.
Ten tijde van het apartheidsregime in Zuid-Afrika bracht de ILO elk jaar een voortreffelijk overzicht uit van de stand van de arbeidsverhoudingen onder het apartheidsregime en de opkomst van de nieuwe Zuid-Afrikaanse vakbonden. Met mijn werk op de internationale afdeling van de FNV in de jaren zeventig en tachtig kon ik daarmee de strijd tegen de Apartheid versterken.
Sinds enige jaren brengt de ILO jaarlijks een verslag uit van de arbeidsverhoudingen in de bezette Palestijnse/Arabische gebieden. Weer met zeer goede en betrouwbare informatie die ik opnieuw inzet in het werk van de Palestina-Werkgroep van de FNV. Het internationale vakbondswerk lijkt soms ver weg, maar voor mij vaak toch dicht bij huis.
|