Solidariteit - commentaar 416 - 13 september 2020
Economische corona crisis en maatschappelijk draagvlak
Egbert Schellenberg
Als vakbondsbestuurder met een werkpakket in de olieraffinage en chemie zijn het toch wel spannende tijden. Als referentie geldt voor deze sector de crisis van de tweede helft van 2008. Toen gold ook de vraag of deze sector ineen zou storten, waardoor 2009 een heel moeilijk jaar werd. Maar over het algemeen zijn de zakken van deze bedrijven diep genoeg en volgde al in 2010 een herstel en zaten we in 2011 weer op het niveau van voor 2008.
Een echte kaalslag, als het gaat om de werkgelegenheid in de olie en chemie, heeft als gevolg van de corona crisis nog niet plaatsgevonden. Maar van de 'vrijwillig vertrekregeling' bij Shell, in het kader van een al voor corona aangekondigde reorganisatie, hebben zevenhonderd werknemers gebruikgemaakt. Wat maar aangeeft dat het vertrouwen in een stabiele carrière bij Shell afneemt.
Overheidssteun
Wel corona gerelateerd, is de sluiting van Gunvor Petroleum Antwerpen, waardoor wij rekening hielden met de sluiting in Rotterdam. Daar voert Gunvor nu toch het grote onderhoud uit dat eerst voor afgelopen maart/april gepland stond. Toch blijft hier de toekomst ongewis.
De steunmaatregelen, zoals tot nu toe uitgerold, zijn dan ook nodig en terecht. Het gedrag van belastingontwijking, ook al is deze strikt gezien legaal, helpt echter niet voor het draagvlak van de grote ondernemingen. Noch bij het overleven in deze crisis, noch om extra middelen ter beschikking te stellen voor overgangsinvesteringen. Ook in het kader van de recente uitwerking van het klimaatakkoord aan de zogeheten industrietafel, gaven werkgevers nadrukkelijk aan dat voor de niet rendabele top van deze investeringen naar de overheid gekeken wordt. En dat, terwijl al jaren miljarden zijn uitbetaald aan aandeelhouders in plaats van een fonds te vormen voor de noodzakelijke investeringen. Nu er een investeringsfonds met een omvang van twintig miljard is aangekondigd, zullen dezelfde bedrijven op zoek gaan naar mogelijkheden om ook hier een flink bedrag van mee te pikken.
Aandeelhouders eerste zorg
Als het om draagvlak gaat, is de discussie over verplaatsing van hoofdkantoren vanwege het belastingklimaat er ook zo eentje. Zeker als dan blijkt dat een motie om in dit geval het betreffende bedrijf direct met de fiscus te laten afrekenen, tot een email aan de aandeelhouders leidt dat in een dergelijke situatie de verhuizing niet doorgaat.
De cijfers van Shell over het tweede kwartaal mogen ook best wel kritisch beschouwd worden. Een afboeking van de waarde van bezittingen en reserves van 16,5 miljard euro, zal leiden tot een negatief resultaat over het lopende boekjaar en een fiscaal aftrekbaar verlies in de komende jaren, waarin het waarschijnlijk economisch weer beter zal gaan. Shell staat natuurlijk al lang bekend om haar creativiteit als het om belasting betalen gaat. Afgelopen jaar moest het concern erkennen dat Shell Nederland geen belasting betaalt aan de Nederlandse staat, maar dat dit gebeurt op basis van legale afspraken met de fiscus.
Het belastingklimaat in Nederland is duidelijk heel goed voor multinationale en grote ondernemingen en toch is vanuit die hoek de teneur 'het moet allemaal voor ons nog beter'. Oftewel, wij willen minder mee betalen aan het laten functioneren van de maatschappij. Onze eerste zorg zijn de aandeelhouders en de rest mag opgelost worden door de individuele belastingbetalers.
Een grote rekening
Werknemers in de olie en chemie hebben het voordeel dat een installatie die op 70 procent draait net zoveel werknemers nodig heeft als die zelfde installatie op 98 procent. Zolang er geproduceerd wordt, is er voor hen werkgelegenheid. Zolang bedrijven geloof hebben in hun toekomst, zullen zij hun werknemers willen behouden.
Natuurlijk hoopt de hele sector op een vaccin op de korte termijn, zodat er snel herstel intreedt, maar de omvang van de luchtvaart en daarmee de vraag naar kerosine is dramatisch laag. Het blijft voorlopig koffiedik kijken.
Deze crisis gaat een grote rekening achterlaten. De steunpakketten worden gefinancierd met geleend geld waardoor de overheidsschuld stijgt. Uiteindelijk moeten die leningen betaald worden, maar dan niet alleen door de bevolking zoals is gebeurd met de rekening van de vorige crisis. Ook de bedrijven moeten over de brug komen zodra zij weer winst maken. De vennootschapsbelasting moet na jaren van daling gewoon weer omhoog en de fiscale afspraken waarbij legaal belasting kan worden ontweken, moeten van tafel. De brievenbusfirma's op de Amsterdamse Zuidas leveren geen enkele bijdrage aan het maatschappelijk draagvlak voor economisch herstel.
De FNV pleit in haar plan om de crisis te bestrijden terecht voor een solidariteitsheffing op hoge winsten en grote vermogens. Alleen is dat wel punt 11 van het FNV plan, terwijl dit gewoon punt 1 zou moeten zijn.
|