Rob Lubbersen
In de vroege ochtend van 13 april 1942 werden zeven mannen in Amersfoort door een vuurpeloton doodgeschoten. Ze waren door de Duitse bezetter wegens verzetsdaden ter dood veroordeeld. Twee kameraden werden later dat jaar, op 16 oktober 1942, in Woudenberg geëxecuteerd. Eén terdoodveroordeelde makker maakte zelf in zijn cel een eind aan zijn leven.
De mannen waren Henk Sneevliet, Ab Menist, Willem Dolleman, Jan Edel, Rein Witteveen, Jan Schriefer en Jan Koeslag - in oktober ging het om Jan Roebers en Anton IJmkers - de tiende dode was Cor Gerritsen. Zij hadden als revolutionaire socialisten in woord en daad gestreden tegen het fascisme. Zij hadden zich verzet tegen uitbuiting, onderdrukking en oorlog en bekochten dat met hun leven. Tien Hollandse helden?
Toen Rusland op 24 februari van dit jaar de Oekraïne binnenviel, kwam de Haagse zanger Max Douw vrijwel onmiddellijk in actie. Op diverse plekken in de Hofstad plaatste hij zijn keyboard en zong zijn protest tegen déze oorlog in ónze dagen. Hij deed waar hij als artiest het best in is en zong zijn lied. Bij één van die optredens plaatste een toevallige toehoorder een kartonnen bordje met de tekst Slava Ukrayni Herovam Slava - Leve De Helden Van De Oekraïne.
Onwillekeurig moest ik denken aan de mensen die in de oorlog híer hadden gevochten. Zouden zij zichzelf 'helden' hebben genoemd? Ik weet het niet. Wat ik wel weet, is wat de lijfspreuk van één van hen was. Voor Henk Sneevliet die al in Nederlands Indië tegen het kolonialisme was opgekomen, luidde die Berani Karena Benar - Dapper Zijn Omdat Het Goed Is. En dat komt toch wel heel dicht in buurt ...
Op zondag 10 april 2022 vindt op de begraafplaats Westerveld de jaarlijkse herdenking plaats van de tien Hollandse ‘helden’. Het Sneevliet Herdenkingscomité organiseert dan vanaf tien uur een samenzijn met koffie, kranslegging en enkele korte toespraken. Wellicht een goede reden om één van de tien wat meer voor het voetlicht te halen. Dat wordt dan Willem Dolleman, waarover ik ooit een korte biografie schreef in Tesamen solidair in alle hoeken (ISBN 90-77032-08-8).
Willem Dolleman is op 29 juli 1894 geboren. Als dertienjarige treedt hij in de voetsporen van zijn vader en wordt bakkersknecht. Als jonge knul is hij al politiek actief in de Haagse afdeling van de linkse jeugdbond De Zaaier. Hij demonstreert tegen de Eerste Wereldoorlog die in 1914 uitbreekt.
In 1915 overlijdt zijn elfjarige zusje aan tuberculose. Een ziekte die in de volksmond ‘de tering’ heette. Mensen met genoeg geld wisten meestal aan deze ziekte te ontsnappen door betere voeding, medicijnen en sanatoria. Willem is woedend. Hij zweert haar korte leven en droeve dood te wreken met onverzoenlijke strijd.
Na de Eerste Wereldoorlog in 1918 trouwt Willem met Meta Mater en wordt vader van drie zonen. Hij blijft radicaal links en wordt uiteindelijk partijbestuurder bij de Revolutionair Socialistische Arbeiders Partij (RSAP). Die RSAP stelde wel wat voor. In 1933 wordt Henk Sneevliet in de Tweede Kamer gekozen. Ook worden vier zetels in de Provinciale Staten gewonnen en 23 in verschillende gemeenteraden.
Willem Dolleman is een echte Schilderswijker. Hij woont aan de Van Beijerenstraat 94 en organiseert in de binnentuin optredens van een arbeiders-harmonie-orkest. Als de mensen dan in het zonnetje vanaf hun balkons naar de muziek luisteren, dan houdt Willem in de pauzes toespraakjes, bijvoorbeeld over de verkiezingen of tegen een huurverhoging. Ongetwijfeld heeft hij daarbij ook gewaarschuwd voor het opkomend fascisme. Hij was immers de hoofdredacteur van het Haagse RSAP-blad De Anti-Fascist!
Onlangs kreeg ik van een vriend een gestencild nummer van De Anti-Fascist! in handen. Het is de uitgave van mei 1939. Willem Dolleman vraagt in zijn hoofdartikel Een Nieuwe Lente. Wanneer het Nieuwe Geluid? om actie tegen kapitalisme en fascisme. Immers Kapitalisme en fascisme zijn één. Maar vooral waarschuwt hij voor een nieuwe oorlog in De Heersers Drijven Naar Oorlog. Daarmee toonde hij een vooruitziende blik, want precies een jaar later brak voor Nederland de Tweede Wereldoorlog aan. Misschien even vooruitziend was een ander artikel Gevaren voor de volksgezondheid waarin de farmaceutische industrie (Brocades) voor zijn nietsontziende winstbejag werd aangeklaagd.
Verder verdedigde Willem zich in een stuk De laffe lasteraar tegen de beschuldiging handlanger van het fascisme te zijn. Een beschuldiging geuit door de stalinist Louis de Visser, nota bene een jeugdvriend en oude kameraad. Achteraf tot somberheid stemmend, is de uitsmijter van dit nummer van De Anti-Fascist! onder het kopje Jodenvervolging nog niet. Dat gaat over een nazi die de etalageruiten van een Joodse winkel had ingegooid. Hij werd, toen nog, geroyeerd als lid van de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) van de 'leider' Anton Mussert.
Mussert kan ’t nog niet hebben, dat de in Duitsland opgedane vakkennis hier in de praktijk wordt gebracht. OPPASSEN ERVOOR DAT HET ZOVER NIET KOMEN ZAL! Een jaar later droeg de NSB méér dan een steentje bij aan de holocaust ...
Na de Duitse inval in mei 1940 kwamen de RSAP en Willem Dolleman onmiddellijk in verzet. Ze maakten illegale kranten en droegen ook bij aan de Februaristaking in 1941 tegen de Jodenvervolging.
Willem bakt boterkoeken voor kameraden in de gevangenis die door de Duitsers zijn opgepakt. Op 2 maart 1942 wordt hij zelf gearresteerd. Na een kort proces worden hij en zijn negen makkers ter dood veroordeeld. Na het vonnis schrijft Willem aan zijn jongste zoon Frans: Je sigaren heb ik heerlijk opgerookt, hoor. Ondanks alles zijn toch deze laatste dagen heel mooi. Ik ben erg blij dat jullie allen zo goed begrijpen, dat ik niet anders kon dan ik deed en dat jullie allen overtuigd zijn, dat ik eerlijk en moedig leefde en ook zo zal eindigen. Nu Frans, een laatste zoen en een stevige handdruk van je kameraad en vader. Wees moedig en sterk!
Een medegevangene beschreef de laatste uren van Willem en zijn medestrijders op 13 april 1942: Ongeveer zes uur ’s morgens werd hun medegedeeld dat het gratieverzoek was afgewezen (...) en dat het vonnis aanstonds zou worden voltrokken. Sneevliet vroeg (...) of ze zonder blinddoek mochten sterven. Dit werd toegestaan (...) en uit volle borst zongen toen zeven mannen, een uur voor hun dood 'de Internationale' Wat een melodie en wat een woorden (...) Ik schaam me niet dat ik huilde (...) Daarna werden ze in een auto geladen. Om twintig over negen viel het eerste salvo.
Bij alle terechte uitingen van woede over de huidige oorlog in de Oekraïne is het gepast ook even stil te staan bij het lot van die tien Hollandse mannen die tóen 'eerlijk en moedig' bleven tot hun einde.