Hans Boot
Zijn jullie helemaal bedonderd
met dat bluffende kabaal
over commentaar vijfhonderd,
of is het soms een mijlpaal?
Best voorbarig misschien,
na nog een paar honderd,
zullen we dat gaan zien,
mits niet overdonderd
door de hoopvolle sprong
naar de lokkende waarheid
die uitnodigend zong
van een bond in strijdbaarheid.
Hoe verleidelijk ook, dit commentaar met dat mooie ronde getal zal geen terugblik zijn op de voorafgaande 499 andere die begonnen op 31 oktober 2004. Toch even een opfrisser over dat jaar.. Solidariteit ging van 'papier' naar 'digitaal', Lodewijk de Waal zou nog een jaar voorzitter van de FNV blijven, ene Balkende nog zes jaar minister-president en het Nederlands Palestina Komitee bestond al 35 jaar. De economie herstelde zich voorzichtig na een lange periode van laagconjunctuur. Wilders splitste zich af van de VVD en Theo van Gogh werd vermoord. Zeer markant was de grote demonstratie van 300.000 mensen onder andere tegen de afschaffing van het 'vervroegd uittreden' en het prepensioen. Op het Museumplein Amsterdam en door de vakbonden georganiseerd.
En al die jaren, van oktober 1982 tot en met vandaag, pleit Solidariteit voor een strijdbare vakbeweging. Steeds in het besef dat die niet vanzelfsprekend is, noch ter proclamatie uit te roepen. Met name rond de conferentie ter gelegenheid van 'veertig Solidariteit' (8 oktober 2022) is aan de mogelijkheden, de voorwaarden en de praktijk van een strijdbare vakbeweging veel aandacht gegeven - Dossier - veertig jaar Solidariteit. Daaruit enkele conclusies.
Een eerste voorwaarde is de organisatie van aanwezigheid en zichtbaarheid. In bedrijven, op de arbeidsplaats, door acties, in de media, op straat, in manifestaties en demonstraties. Daaraan is 'gezamenlijkheid' direct verbonden. Helaas een manco van de belangrijke, recente stakingsbeweging. Zelden zijn gezamenlijke acties en stakingen gevoerd, bijvoorbeeld lokaal, regionaal en in sectoren. Mede hierdoor bleef een landelijke staking uit beeld.
Dat de stakingen verbonden waren aan de gedifferentieerde cao's - in tijd en inhoud - is niet bepalend voor de versnippering. Een gemeenschappelijk basispakket, bijvoorbeeld minimumloon en prijscompensatie, kan dat tegengaan. Inspirerend is de deelname van bedrijfsgroepen aan de Klimaatmars. Deze kan binnen de klimaatbeweging groeien zoals eind jaren zeventig de strijd tegen de kruisraketten in de vredesbeweging.
Ook al is 'de publieke opinie' niet altijd goed te achterhalen, de algemene onvrede over een falend regeringsbeleid kan de vakbeweging niet ontgaan. Behalve uitgesproken door de leden leven de ergernissen in de familie, de buurt, de winkels en de verenigingen. Mede uitgedrukt in sociale bewegingen en hun op- en neergang. Dus ook met horten en stoten.
Gezamenlijkheid valt
niet uit de lucht
en zeker niet uit een diepe zucht.
Maar we leerden ooit:
samen zijn we sterk,
zowel binnen als buiten ons werk.
Over zichtbaarheid gesproken. De Volkskrant meldt 1 november jongstleden dat de voorzitter van de FNV, Tuur Elzinga, aanzienlijk minder vaak de krant haalt dan enkele van zijn voorgangers sinds Wim Kok (1976-1986). De laatste bijvoorbeeld ongeveer elke dag, zijn opvolger Johan Stekelenburg (1988-1997) één keer per week, Agnes Jongerius (2015-2012), minimaal één keer per veertien dagen en Elzinga in de periode februari/november 2023: twee keer. Een terugval die in het artikel in verband wordt gebracht met de dalende organisatiegraad en de stijgende individualisering.
Het onderzoek is beperkt en betreft slechts de Volkskrant en de bondsvoorzitter, maar laat toch zien dat de FNV voor de media en daarmee hun lezers en lezeressen geen alledaagse, laat staan een brandende, actualiteit is. De toelichting op de kop Moet de vakbond worden gered? bevat een veelzeggende nuance door te wijzen op de sleuteltrol van de vakbeweging in de samenleving. Voor de ondernemers en de niet-leden. Ze haalt de kastanjes uit het vuur. Zonder de vakbond geen poldermodel. Dan mag de voorzitter uit beeld zijn, is het ledental niet allesbepalend, de bondsdemocratie een bijkomstigheid en is een eventuele tegenmacht van de vakbeweging ten opzichte van 'kapitaal en staat' een ongewenste hinderpaal.
Daarmee zijn de contouren van een strijdbare vakbeweging aangegeven. Aan de basis ligt de erkenning van een fundamentele tegenstelling van belangen - economisch, sociaal en ideologisch. De bemiddeling daarvan in een gemeenschappelijk overleg is een illusie. Resultaten zijn de uitdrukking van een gezamenlijkheid die ook de onderhandelingen stuurt.
Dat al deze letters soepeltjes aan het beeldscherm zijn toevertrouwd, betekent niet dat de zo gewenste strijdbaarheid vanzelfsprekend komt en een exclusieve opdracht aan de vakbeweging is. In de Nederlandse verhoudingen, voorzichtig gezegd, is dat een 'pittige boodschap', maar de United Auto Workers in de Verenigde Staten liet de afgelopen weken de mogelijkheden zien. Niet meer en niet minder.
De licht bezoedelde dozen
vol van de polder
kunnen naar de zolder.
De frisse wind mag gerust
blijven waaien en
tot in Texel strijdbaarheid zaaien.