welkom
extra
Solidariteit

Het debacle van de klimaatconferentie in Kopenhagen

Prins van Denemarken

Zoals Hamlet, Shakespeares wankelmoedige Prins van Denemarken, wist China niet te kiezen tussen de tegenstrijdige stromingen in Kopenhagen. De oorzaak ligt in China's interne tegenstellingen. Het leverde China het ergste politieke debacle op sinds jaren.

In januari 2010, een maand na de klimaatconferentie van de Verenigde Naties in Kopenhagen (COP15), leidt de vraag wie de zaak verziekt heeft nog tot heftige discussies. President Obama kwam over als een figuur die alles deed om de zaak te redden, maar ook als een machteloze president die aan handen en voeten gebonden is aan de gevestigde binnenlandse politieke verhoudingen. De regering in Washington die meestal een schurkenrol speelt in het eindeloze klimaatdrama, wist ditmaal in de media China verdacht te maken. Daarbij werd ze geholpen door China's wispelturige gedrag.

Britse beschuldiging

Direct na de teleurstellende afloop van de conferentie wees de Britse staatssecretaris voor Energie en Klimaatsverandering, Ed Miliband, China aan als schuldige. Het voorstel de emissie van broeikasgassen in 2050 wereldwijd met 50 procent te verminderen en in de rijke landen met 80 procent, was gestrand door een veto van China "ondanks de steun van een coalitie van de rijke landen en een grote meerderheid van de ontwikkelingslanden".

Veel klimaatactivisten zullen deze beschuldiging van Milibrand kwalificeren als het gebruikelijke 'zwarte pieten' na een mislukte conferentie. Maar Mark Lynas van de Guardian 2 - een krant die kritisch staat ten opzichte van Londen, Washington en het noorden in het algemeen - geeft een gedetailleerd verslag dat de beschuldiging onderschrijft. Lynas kopt: "Hoe ik weet dat China het akkoord van Kopenhagen om zeep heeft geholpen? Ik was erbij."
Lynas beschrijft de doorslaggevende scene op vrijdagavond als een aantal landen in een race tegen de klok een akkoord probeert te bereiken: "Wat ik zag was werkelijk schokkend. De Chinese minister-president, Wen Jinbao, had niet eens de moeite genomen om de vergadering bij te wonen. Tegenover president Obama zat een tweederangs ambtenaar van het Chinese ministerie van Buitenlandse Zaken. En laat voor iedereen duidelijk zijn: deze ambtenaar sprak een veto uit tegen het plan van de rijke landen om de uitstoot van hun broeikasgassen met 80 procent te verminderen in 2050. Het mocht van hem niet worden opgenomen in het akkoord. 'Waarom kunnen we niet eens onze eigen doelen vastleggen?', vroeg een woedende Angela Merkel. De Australische minister-president, Kevin Rudd, was zo kwaad dat hij zijn microfoon een mep gaf. De Braziliaanse vertegenwoordiger deed uit de doeken hoe onlogisch China's standpunt was. Waarom zouden de rijke landen deze eenzijdige stap niet mogen aankondigen? De Chinese vertegenwoordiger bleef 'nee' zeggen en geschokt zag ik hoe Merkel uit wanhoop met de handen omhoog de discussie opgaf. Nu weten we waarom. China gokte er terecht op dat Obama de schuld zou krijgen van het mislukte akkoord van Kopenhagen."

Dit verslag over een lage Chinese ambtenaar die een eenzijdige vermindering van uitstoot van broeikasgassen door de leiders van de noordelijke landen afslaat, is schokkend, totdat je beseft wat de Guardian er niet bij vertelt: Deze scene vond plaats op één van de informele bijeenkomsten van een klein aantal landen die Obama, vermoedelijk met hulp van het gastland Denemarken, bijeen had geroepen. De bijeenkomst had tot doel een overeenkomst voor te koken die later op de conferentie doorgedrukt moest worden. Deze handelswijze was een schending van de eerder overeengekomen procedure.

China ging de mist in

De fout van China was niet zozeer het verzet tegen het vastleggen van de uitstootverminderingen. De fout was het bijwonen van de achterkameroverleggen die Obama organiseerde. Leiders van een aantal noordelijke landen, Brazilië, Zuid Afrika en India bekonkelden daar een concept-overeenkomst. China wist ongetwijfeld dat dit gedrag het proces van de Verenigde Naties doorkruiste, omdat ontwikkelingslanden voor het begin van de conferentie al hadden geprotesteerd tegen het Deense plan om een parallel conferentie te organiseren van twintig landen over een verklaring die de klimaatagenda van rijke landen ondersteunt.
Het is niet toevallig dat de geselecteerde landen eerder deelnemers waren van het Major Economisch Forum on Energy and Climate van George W Bush. President Obama heeft dit forum nieuw leven ingeblazen als voorbereiding op de Kopenhagenconferentie, zogenaamd om "een open discussie tussen de belangrijkste rijke- en ontwikkelingslanden bevorderen". Het werkelijke doel van Bush' club en de Deense parallelconferentie was, volgens sommige zuidelijke landen, een wig te drijven tussen de rijkere ontwikkelingslanden met een groeiende economie en de armere, kwetsbaardere ontwikkelingslanden.

Schaamlap

Terwijl China de serie achterkameroverleggen van Obama bijwoonde, zal het land zich hebben gerealiseerd dat een mogelijke overeenkomst weinig harde waarde had. Het ging immers over voornemens in de verre toekomst. Daartegenover stond de woede van de meerderheid van de uitgesloten ontwikkelingslanden. De balans was duidelijk niet gunstig. Dat verklaart de afwezigheid van premier Wen Jiao Bao op de laatste informele bijeenkomst en de aanwezigheid van de ambtenaar tussen de staatshoofden van de andere landen in de beschrijving van Lynas. China blokkeerde de vrijwillige uitstootvermindering in 2050 - slechts een schaamlap voor de grootste vervuilers - vermoedelijk ook om de eigen activiteiten in de omstreden informele bijeenkomsten te verdoezelen.

Maar het kwaad was al geschied. Door zich als een olifant in een porseleinkast terug te trekken, konden de noordelijke landen China aanwijzen als de schurk die het resultaat van de conferentie om zeep hielp, precies zoals de Engelse staatssecretaris Miliband deed. En de zuidelijke landen zagen hun verdenking bevestigd dat China bezig was met een onderhandse deal met de rijke noordelijke landen. De prominente Indiase intellectueel Praful Bidwai noemt het een "smerig samenspel" tussen het door de Verenigde Staten geleide noorden en de grootste zuidelijke vervuilers, geleid door China.

Voor de Chinese leiding moet het bijzonder frustrerend zijn nu als schurk van Kopenhagen te boek te staan. Vlak voor de conferentie had China beloofd de kooldioxide uitstoot per eenheid van het nationaal product in 2020 terug te brengen tot 40-45 procent van het niveau van 2005. De eisen aan de efficiëntie van auto's zijn strenger dan in de Verenigde Staten. China is de wereldleider in de ontwikkeling van zon- en windenergie. Zelfs Thomas Friedman, zeker geen Chinavriend, heeft het over China's "groene sprong voorwaarts" en hoe de Chinese overheid vastbesloten is het energieprobleem "met schonere, eigen middelen te lijf te gaan, zodat de economie minder gevoelig is voor schommelingen in de aanvoer en ook niet aan vervuiling ten onder gaat".

Horatio en Hamlet onderzoeken met een toneelstuk of de koning een schurk  (Daniel Maclise,1806-1870)
Horatio en Hamlet onderzoeken met een toneelstuk of de koning een schurk is

De echte schurk

Als de conferentie in Kopenhagen door een regering om zeep geholpen is, dan was het die van de Verenigde Staten. Al vooraf maakten de onderhandelaars duidelijk dat hun land niet rijp was voor harde afspraken. De regering Bush heeft het Kyoto Protocol tien jaar weten te omzeilen. Dat standpunt is niet in een handomdraai aangepast en Obama's onderhandelaars gebruikten de oppositie in de senaat als excuus om de verwachtingen over de uitkomst van Kopenhagen te temperen. De vermindering van 17 procent ten opzichte van 2005 die de Verenigde Staten aanboden, omdat veel andere landen vrijwillige verminderingen aankondigden, is slechts een belachelijke 4 procent ten opzichte van 1990, het jaar dat algemeen als referentie wordt genomen.

Of Obama en zijn onderhandelaars gelijk hadden bang te zijn voor een terugslag als ze te ambitieuze plannen zouden aankondigen, doet er nu niet toe. Hun opstelling zorgde er in ieder geval voor dat Kopenhagen al was mislukt voordat de conferentie begon. De informele overeenkomst met een indrukwekkende tekst en prachtige, maar vrijblijvende, beloften was een geoliede 'public relations' stunt van Obama. Zo kon hij claimen dat hij in de 24 uur van zijn aanwezigheid de conferentie had gered. Gezien de voorgeschiedenis kunnen we ons voorstellen dat China daar de pest over in had en er een stokje voor stak.

China's tegenstellingen

Hoewel we China dus niet de schurk kunnen noemen, is het land toch een medeplichtige door op de informele bijeenkomsten van de rijken en machtigen aanwezig te zijn en niet de leiding te nemen van de 'G77 en China' in het formele proces van de Verenigde Naties. De tegenstrijdige eisen aan deze rollen zijn een symbool van China's positie. Het is tegelijk een economische supermacht en een ontwikkelingsland. China's economische en ecologische invloed op de wereld is nu groter dan de meeste rijke landen, maar de leiding en bevolking vinden nog steeds dat ze bij de ontwikkelingslanden horen.

In 2009 onttroonde China de Verenigde Staten als de grootste automarkt en Duitsland als de grootste exporteur. Volgens de US National Intelligence Council zal de economie van China in 2025 groter zijn dan die van Japan (nu op de tweede plaats van de wereldranglijst) en iets na 2030 groter dan de Verenigde Staten. De groei was de laatste twintig jaar zo snel dat volgens de analist Zachary Karabell nu 300 miljoen Chinesen deel uit maken van de middenklasse, dat zijn evenveel mensen als de bevolking van de Verenigde Staten of van West-Europa. Daarentegen verkeren honderden miljoenen op het Chinese platteland in bittere armoede met een gemiddeld jaarinkomen van 285 dollar (0,80 euro per dag). Velen proberen aan de honger en armoede te ontsnappen en Beijing vreest voor een chaos als dat op termijn niet lukt.
Het doel van de Chinese leiding is de middenklasse te laten groeien om zo de maatschappelijke onrust te beperken. Dat kan volgens haar alleen door de snelle groei gebaseerd op het gebruik van kolen voort te zetten. Of zoals Richard Heinberg het formuleert: "hoewel China bezig is op korte termijn wereldleider duurzame energie te worden, is het niet realistisch te denken dat het kolenverbruik kan verminderen zonder de snelle groei op te geven".

In de voorbereiding van de Kopenhagen conferentie was het standpunt van China dat de rijke landen die verantwoordelijk zijn voor 80 procent van de verhoging van de kooldioxide in de atmosfeer, harde en vergaande toezeggingen moeten doen over de vermindering van hun uitstoot van kooldioxide. De ontwikkelingslanden (China inbegrepen) stellen zich volgens dit standpunt alleen vrijwillige doelen.
De op kolen gebaseerde groei van China is echter zo groot dat zelfs als Kopenhagen een verplichte vermindering voor de rijke landen op had geleverd, de druk op China zou toenemen om dezelfde maatregelen te treffen. Zeker als China over een aantal jaren de tweede of zelfs de grootste economie van de wereld is. En die druk komt niet alleen van de noordelijke rijke landen, maar ook van de zuidelijke ontwikkelingslanden.
China's onvoorwaardelijke keuze voor een snelle groei zorgt ervoor dat het land probeert harde afspraken over de uitstoot van kooldioxide uit te stellen. In die zin kan China niet volhouden dat het vrijblijvende akkoord dat Obama had voorgekookt, alleen de Verenigde Staten dient. Het was ook een belang van China.

De echte tragedie

Het is een gevaarlijke illusie dat China voor het grootste gedeelte van de bevolking een levensstijl kan verzorgen als de middenklasse van de Verenigde Staten, zonder dat het klimaat op dezelfde bevolking als een boemerang terugslaat. China moet de moed opbrengen een andere keuze te maken en niet de weg van de onevenwichtige groei bewandelen, zoals de noordelijke landen eerder deden. Anders is Beijing veroordeeld de rol van Hamlet op het toneel van de klimaatdiplomatie te blijven spelen door als ontwikkelingsland flexibiliteit te eisen en tegelijkertijd heimelijk harde klimaatmaatregelen voor rijke landen te frustreren uit angst dat die China's groei tot supereconomie zullen belemmeren. De tragedie is dat de wereld zich zo'n toneelstuk niet kan veroorloven.


1 Walden Bello parlementslid in de Filipijnen voor Akbayan (Citizens'Action Party), president van de Freedom from Debt Coalition en senior analist van "Focus on the Global South" in Bangkok. Vertaling/bewerking Jan Taat, oorspronkelijke tekst focusweb.org/the-prince-of-denmark.html?Itemid=1, januari 2010.
Voor meer (Engelstalige) informatie: Climate change and China: Technology, Market and Beyond, Dale Jiajun Wen, 49 pg, 3 Mb, focusweb.org/pdf/occasionalpaper6.pdf (terug)
2 Guardian, 22 december 2009, www.guardian.co.uk/environment/2009/dec/22/copenhagen-climate-change-mark-lynas (terug)