Een bezoek aan Suriname
Monumenten van Paramaribo
Harry Peer
Eerlijke mensen vragen zich af of ze goed of slecht handelen. Criminelen stellen zich de vraag of ze gepakt worden of niet. In een beschaafde politieke cultuur is zelfs de schijn van wetsovertreding reden voor een politiek leider of bestuurder zijn functie neer te leggen. Dat doet hij om het aanzien van zijn partij, de politiek en zijn land niet te beschadigen. In landen waar de georganiseerde criminaliteit deel uitmaakt van de politiek en het openbaar bestuur, worden politieke functies juist geambieerd om aan strafvervolging te ontkomen.
Een citaat uit het recente boek van Theo Para Verzwegen werkelijkheid. De rechtsorde onder Bouterse. Hij kritiseert al jaren de rechtsorde van Suriname. Tijdens een bezoek in zijn geboorteland viel mij op dat de hoofdstad Paramaribo vol staat met monumenten, standbeelden en gedenktekens. Plaatsen van herinnering en overdenking. Hier zal ik de meest indringende naar voren halen en de overige keuzes voor bijzondere personen uit de Surinaamse geschiedenis toelichten.
Jopie Pengel
Al meteen bij aankomst op het Johan Adolf Pengel International Airport bij Zanderij, anderhalf uur rijden van de hoofdstad van Suriname, loopt de bezoeker in de hal aan tegen een buste van Jopie Pengel. Op de buste is de naam van deze legendarische politicus verbonden met Zijne Excellentie Desiré Delano Bouterse die het in 2015 onthulde. Minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok kan aan Bouterse gedacht hebben, toen hij Suriname een failed state noemde.
Pengel sloot zich in 1949 aan bij de Nationale Partij Suriname (NPS), hij was een vakbondspionier en een vooraanstaand politicus. In 1952 richtte hij de Surinaamse Werknemers Moederbond op, in 1969 omgedoopt tot Algemeen Verbond van Vakbewegingen in Suriname (AVVS, de Moederbond).
Pengel was premier van Suriname van 1963 tot 1969, daarnaast was hij minister van Algemene Zaken, Binnenlandse Zaken en Financiën. Hij overleed op 54-jarige leeftijd aan een bloedvergiftiging. Op het Onafhankelijkheidsplein - voorheen Oranjeplein - staat een krachtig standbeeld van de staatsman, een forse, dikke, wat uitgedijde figuur, hoop en vertrouwen uitstralend. Op 5 juni 1974, precies vier jaar na zijn overlijden, is het onthuld door mevrouw L.E.J. Pengel-Augustuszoon.
 |
Standbeeld J.A. Pengel op het Onafhankelijkheidsplein in Paramaribo – foto Harry Peer |
Er was al een aantal monumenten in de stad, maar hierna verschijnen nog veel meer sculpturen en gedenktekens in het straatbeeld van Paramaribo. Met herinneringen aan de slavernij, de onafhankelijkheidsviering van 25 november 1975 en de identiteit van etnische groepen in het land. Alle aandacht krijgen: de staatsgreep van de sergeanten van 25 februari 1980, de moord op vijftien politieke tegenstanders van het militair regime op 8 december 1982 en de Binnenlandse Oorlog van 1986 tot 1992 (een gevecht tussen legerleider Desi Bouterse en guerrillaleider Ronnie Brunswijk om de politieke macht en de greep op de cocaïnehandel in Oost Suriname, waarbij duizenden Surinamers naar Frans Guyana vluchtten en honderden Indianen door de troepen van Bouterse om het leven werden gebracht).
Jagernath Lachmon
Aan de zijkant van het Onafhankelijkheidsplein - eigenlijk is het een groot rechthoekig groen grasveld - staat het standbeeld van een generatiegenoot van Pengel, VHP voorzitter Jagernath Lachmon. In 1947 was Lachmon één van de oprichters en voorzitter van de Vooruitstrevende Hindoestaanse Partij (VHP, later Hervormingspartij). Hij bleef voorzitter tot zijn dood in 2001. Lachmon vreesde chaotische toestanden, waaronder etnische spanningen tussen Creolen en Hindoestanen, wanneer de onafhankelijkheid te abrupt zou worden afgekondigd. Pas zes dagen voor het ingaan van de onafhankelijkheid op 25 november 1975 ging Lachmon om, en wel na de toezegging van Johan Ferrier (gouverneur van Suriname sinds 1968 en een integere, deskundige, samenbindende politicus) dat hij beschikbaar was als president.
Ferrier (1910-2010) had een lange staat van dienst, was al premier en minister van Binnenlandse Zaken geweest van 1955 tot 1958. Aangetreden op 25 november 1975 eindigde Ferriers presidentschap op 13 augustus 1980. Na de staatsgreep van de sergeanten bleef hij aan als president in de hoop Suriname terug te kunnen leiden naar democratische verhoudingen. Maar al gauw dus trad hij af, omdat de regering weigerde conform de grondwet een begroting aan het (geschorste) parlement te presenteren.
 |
Kwakoe, momnument herdenking afschaffing slavernij – foto Harry Peer |
Lachmon is vijfmaal parlementsvoorzitter geweest, tweemaal voor de Staten van Suriname en driemaal voor De Nationale Assemblée. In 1999 werd Lachmon in het Guinness Book of Records opgenomen als langstzittende parlementslid ter wereld. Als leider van een parlementaire delegatie bezocht hij in 2001 Nederland. Op 19 oktober 2001 overleed hij in een hotelkamer in Den Haag. Elk jaar wordt op het Kwakoe Zomer Festival in Amsterdam Zuidoost de ''Kwakoe Jagernath Lachmon Award'' uitgereikt aan Surinamers die hun sporen hebben verdiend op sociaal en cultureel terrein.
Henck Arron
Vlakbij het Onafhankelijkheidsplein aan de ingang bij de Palmentuin recht tegenover het Kabinet van de President staat het door Erwin de Vries gebeeldhouwde standbeeld van de leider van de NPS, Henck Arron (1936-2000). Premier van Suriname van 24 december 1973 tot 25 februari 1980. Het beeld is onthuld op 26 april 2008. Arron is de wegbereider van de onafhankelijkheid van Suriname en had daarbij het door neokoloniale schuldgevoelens geplaagde kabinet Den Uyl mee.
Op 25 februari 1980 pleegden zestien sergeanten van het Nationale Leger onder leiding van Desi Bouterse een coup, waarna Suriname eerst een onzekere en algauw een angstige tijd tegemoet ging. Arron werd van corruptie beschuldigd en gevangen gezet. Bij de vrije verkiezingen in 1987 werd Arron vicepremier. In 1990 pleegde Bouterse opnieuw een staatsgreep. Bevel stuurde de regering naar huis via de zogeheten telefooncoup.
In december 2000 brachten Arron en Lachmon een beleefdheidsbezoek aan Nederland en spraken op 4 december met de voorzitter van de Tweede Kamer, Jeltje van Nieuwenhoven. Die avond overleed Arron aan een hartstilstand. De verslagenheid was groot. Enkele honderden mensen kwamen een paar dagen later ter herdenking bijeen in de Mozes en Aäronkerk in Amsterdam.
Kwakoe
Kwakoe stelt een slaaf voor die zijn ketenen heeft verbroken, Keti-Koti in het Sranantongo. Het monument staat op een druk kruispunt van de Zwartenhovenstraat en de Dr. Sophie Redmondstraat. Kwakoe komt uit het Ghanees en betekent woensdag. Premier Pengel onthulde het beeld op 30 juni 1963, honderd jaar na de opheffing van de slavernij op woensdag 1 juli 1863.
Het moment voor wat gegevens. Cijfers zijn veelzeggend. Nederland heeft met Groot-Brittannië, Denemarken, Spanje, Portugal, Frankrijk, een belangrijke rol gespeeld in de trans-Atlantische slavenhandel, het transport van ongeveer twaalf miljoen Afrikanen naar het Amerikaanse continent. In de Nederlandse Republiek had de West-Indische Compagnie een monopolie op de slavenhandel, daarnaast verrijkten particuliere handelaars zich. De sporen van de lucratieve driehoekshandel (geweren, textiel, ijzer, enzovoort naar Afrika; van daaruit slaven, goud en ivoor naar Amerika en afrondend suiker, tabak, koffie, zilver, katoen, enzovoort, retour naar Europa) vinden we op veel plekken in Nederland, met name in steden als Middelburg en Amsterdam.
De omstandigheden aan boord van de schepen waren erbarmelijk, velen stierven. Tussen het begin van de zeventiende eeuw en 1863 zijn circa 300.000 slaaf gemaakten vanaf de kusten van West-Afrika (het beruchte Kasteel Elmina in Ghana) Suriname ingevoerd. De telling in 1863 kwam nog niet tot 32.000 nazaten. De planters in Suriname hadden internationaal een wrede reputatie. Vanaf het begin van de kolonie ontvluchtten slaven de plantages en verzetten zich tegen het koloniaal bewind. De namen van leiders van deze marrons zoals Jolicoeur, Baron en Boni hebben een heldhaftige klank gekregen.
Terugkomend op de uitspraak van minister Blok over Suriname als een failed state. Het is zonneklaar dat het onmogelijk is over Suriname te oordelen zonder 350 jaar koloniale Nederlandse overheersing en beïnvloeding erbij te betrekken. Het Tropenmuseum helpt daarbij: door de vaste tentoonstelling Heden van het slavernijverleden en vanaf 2021 met een uitgebreide expositie over Nederlands’ koloniaal en slavernij verleden.
 |
Mama Sranan – foto Harry Peer |
Ik kijk naar Kwakoe en even gaan mijn gedachten naar de herdenking bij het Slavernijmonument in het Amsterdamse Oosterpark op 1 juli 2013, waarbij Koning Willem Alexander aanwezig was.1 De maker van Kwakoe, Jozef Ludwig Klas (1923-1996) heeft ook naam gemaakt met een ander tot de verbeelding sprekende sculptuur, een mooi symbolisch eenheidsmonument: Mama Sranan, een vrouwenfiguur die haar kinderen, de diverse etnische groepen in Suriname, innig omarmt. Koningin Juliana heeft het beeld onthuld op 15 oktober 1965.
Anton de Kom
We staan voor het huis in de Anton de Komstraat in Paramaribo, waarin Anton de Kom heeft gewoond. Het is nu een monument, het verdient zo te zien wel een opknapbeurt. Anton de Kom, vrijheidsstrijder, journalist, schrijver, verzetsheld, geboren in Paramaribo op 22 februari 1888 en om het leven gekomen in concentratiekamp Neuengamme in april 1945.
In 1920 komt Anton de Kom naar Nederland, werkt in allerlei banen, huwt in 1926 met Petronella C. Borsboom. Uit dit huwelijk worden drie jongens en één meisje geboren.
In Nederland groeit De Koms politieke bewustwording. Hij komt in contact met Nederlandse schrijvers, ontwikkelt zich tot een goed spreker, houdt lezingen over Suriname en tegen het kolonialisme. In december 1932 keert hij terug naar Suriname. Zijn reputatie als sociale voorman was hem al vooruitgegaan. In Paramaribo komen mensen massaal om ondersteuning naar zijn adviesbureau. De Kom luistert naar hen en spoort aan tot solidariteit en organisatie. Het koloniaal bestuur ziet De Kom als een bedreiging en arresteert hem. Na drie maanden gevangenschap wordt hij in mei 1933 op de boot naar Nederland gezet.
 |
Anton de Komstraat in Paramaribo, rechts: hoek van zijn woning in 1933 – foto Harry Peer |
Het bestaan is voor De Kom en zijn gezin in de crisisjaren niet gemakkelijk. Hij blijft schrijven en publiceert in 1934 Wij slaven van Suriname dat hem op slag nationale bekendheid geeft. Het is de indringende geschiedenis over het leven en de strijd van slaven in Suriname. De Kom keert zich tegen het fascisme en sluit zich in de Tweede Wereldoorlog bij het verzet aan. Hij wordt in augustus 1944 door de Duitsers gearresteerd en overleeft de oorlog niet.
Anton de Kom, de strijder voor Suriname die zich tegen de Nederlandse koloniale onderdrukker keerde, maar niet aarzelde om later op te komen voor een vrij en democratisch Nederland. Het is een moeizame gewaarwording dat Bouterse na de Decembermoorden in 1982 heeft geprobeerd de geestelijke erfenis van Anton de Kom te annexeren. De Universiteit van Suriname werd omgedoopt in Anton de Kom Universiteit en er zijn zelfs buttons verspreid met daarop de beeltenis van Bouterse en De Kom.
Janey Tetary
Janey Tetary was een Brits-Indische contractarbeidster die op 24-jarige leeftijd in november 1880 in Suriname aankwam. Zij ging aan de slag op de plantage Zorg en Hoop, gelegen aan de rechteroever van de Commewijnerivier. Hier probeerde ze de verschillende cultuurgroepen, Afro-Surinamers, Chinezen, Javanen en Hindoestanen te verenigen voor lotsverbetering.
 |
Janey Tetary (1856-1884), strijdbare contractarbeidster – foto Harry Peer |
Onder haar leiding kwamen de contractarbeiders op 24 september 1884 in opstand tegen de koloniale onderdrukking en uitbuiting. Twee dagen later werd zij met nog zeven andere arbeiders op lafhartige wijze geliquideerd in opdracht van de Agent-Generaal Barnet Lyon, de vertegenwoordiger van het koloniaal bestuur in Suriname. Het zal niet waar zijn, maar toch, ook dit standbeeld is onthuld door Z.E. Desiré, D. Bouterse, de President van de Republiek Suriname. Nog vrij recent, op 24 september 2017. Dit is niet het laatste monument waarop de naam van Bouterse is gegraveerd.
 |
Janey Tetary (1856-1884), strijdbare contractarbeidster – foto Harry Peer |
Erwin de Vries
Op een glanzende zwarte zuil staat het gegroefde hoofd gebeiteld van kunstschilder en beeldhouwer Erwin de Vries. Hij is geboren te Paramaribo op 21 december 1929 en aldaar overleden op 31 januari 2018. We kennen Erwin de Vries van indrukwekkende monumenten, zowel in Suriname als in Nederland, onder andere van het door koningin Beatrix op 1 juli 2002 onthulde Slavernijmonument in het Oosterpark in Amsterdam.
Beeldend kunstenaar De Vries heeft vele jaren in Amsterdam gewoond en gewerkt en bronzen beelden gemaakt van bekende Nederlanders als Joop den Uyl, Willem Sandberg, Simon Carmiggelt, Toon Hermans en Wim Kan. In 1998 had hij een solotentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam, nadat hij vanaf 1984 weer in Suriname woonde.
Het beeld van Erwin de Vries in Paramaribo is onthuld door de President van de Republiek Suriname Z.E. D.D. Bouterse op donderdag 21 december 2017.
Ook deze onthulling roept de vraag op waarom Bouterse zich toch steeds zo uitdrukkelijk wil verbinden met de helden uit het verleden van Suriname?
 |
Erwin de Vries (1929-2018), beeldend kunstenaar – foto Harry Peer |
Vijftien prominente zonen
Bijna dagelijks loop ik in Amsterdam langs de Mozes en Aäronkerk en kijk dan omhoog naar het plakkaat waarop de namen staan vermeld van de vijftien personen die op 8 december 1982 in Paramaribo zijn gemarteld en doodgeschoten door het militair regime. Zij stonden voor Suriname en democratie. Ineens sta ik dan in Paramaribo in Fort Zeelandia op de plek Bastion Veere, waar zij na te zijn gemarteld werden geëxecuteerd. Bij de namen van de slachtoffers van Bouterse en zijn kliek staan hun beroepen vermeld. De verscheidenheid daarvan geeft een indicatie van de breedte van het maatschappelijk verzet tegen de militaire dictatuur: advocaten, journalisten, vakbondsleider, ondernemer, psycholoog, wiskundige, militair. Hun leeftijden lagen tussen de 25 en 58. We lezen: Op deze plek werden op 8 december 1982 vijftien prominente zonen van Suriname zonder vorm van proces door het militair regime doodgeschoten. Zij stonden voor vrijheid, recht en democratie. Het gedenkteken is op 8 december 2009 onthuld door de toenmalige president van de Republiek Suriname, R.R. Venetiaan. De Decembermoorden van 1982 blijven een ernstig trauma in de Surinaamse samenleving.
 |
Monument vijftien vermoorde prominente zonen van Suriname, Fort Zeelandia – foto Harry Peer |
We zijn zovele jaren verder na de staatsgreep door de zestien sergeanten van 25 februari 1980, de Decembermoorden van 1982, de Binnenlandse Oorlog van 1986-1992, de ernstige schendingen van de mensenrechten en een Suriname dat de trekken van een narcostaat begon te krijgen. In de vele casino’s van Paramaribo wordt het zwarte geld wit gewassen. Sinds 2010 is Desi Bouterse president van de Republiek Suriname. Intimidatie en politiek gekonkel leverden hem in De Nationale Assemblé een meerderheid op voor het presidentschap.
Hoop op verandering
Nederland heeft vele banden met Suriname. Vier keer zo groot als Nederland telt Suriname tegenover de ruim 17 miljoen Nederlanders slechts zo’n 500.000 inwoners. De diversiteit aan bevolkingsgroepen, talen, kleuren en godsdiensten valt onmiddellijk op. De binnenstad van Paramaribo is tot Unesco-erfgoed verklaard. De moskee, de synagoge en de Sint Petrus- en Paulus-basiliek staan vlak bij elkaar en behoren tot de mooiste gebouwen van de stad.
Historicus Hans Ramsoedh heeft een scherp oordeel over de politieke situatie in Suriname: Politieke partijen en politici in Suriname ontberen een visie of verhaal over de politieke, sociaaleconomische en culturele richting waarin de samenleving zich zou moeten ontwikkelen. De staat is voor de politieke elite het vehikel voor particularistische belangen en ongebreidelde zelfverrijking. De aan de macht zijnde politici werden de nieuwe kolonisatoren van de staat.
Ramsoedh is gelukkig niet moedeloos. Hoop op verandering in Suriname haalt hij uit de vastbeslotenheid van het Hof van Justitie om het 8 december strafproces af te ronden, uit de kritische rol van columnisten die heikele kwesties in de media bespreken en uit de acties van jongeren voor een fatsoenlijk Suriname. Al in 1999 werd Bouterse door een Nederlandse rechter bij verstek veroordeeld tot elf jaar gevangenisstraf wegens drugshandel. Sinds 2017 hangt er bovendien een strafeis van twintig jaar tegen Boutere als hoofdverdachte van de Decembermoorden. Een ooggetuige heeft verteld dat Bouterse in ieder geval twee personen eigenhandig heeft vermoord: vakbondsleider Cyrill Daal en militair Soerendre Rambocus.
Krampachtig misbruikt Bouterse de helden uit de Surinaamse samenleving om zich nog enige statuur te geven. Tot aan monumenten en beelden toe. Het is respectloos en grievend. Suriname is een prachtig land. Genoemde angel wordt er wel uitgehaald.
Literatuur
-
Hans Ramsoedh, Surinaams onbehagen. Een sociale en politieke geschiedenis van Suriname 1865-2015. Uitgeverij Verloren, 2018.
-
Theo Para, Verzwegen werkelijkheid. De rechtsorde onder Bouterse. Uitgeverij Van Gennep, Amsterdam 2018.
-
Hans Buddingh, De geschiedenis van Suriname. Uitgeverij Rainbow, Amsterdam 2017.
-
Anton de Kom, Wij slaven van Suriname. Uitgeverij Atlas Contact, dertiende druk, 2017.
-
Rob Woortman & Alice Boots, Anton de Kom. Biografie. Uitgeverij Atlas Contact, april 2016.
-
Cynthia McLeod, Hoe duur was de suiker? Uitgeverij Conserve, 2016.
-
Stephen Small & Sandew Hira, 20 vragen en antwoorden over het Nederlandse slavernijverleden en haar erfenis. Amrit Publishers, Den Haag 2015.
-
Reize naar Surinamen. Dagboek van John Gabriël Stedman 1772-1777. Moderne vertaling door Michaël Ietswaart. Uitgeversmaatschappij Walburg Pers, Zutphen 2014.
-
Wim Hoogbergen en Dirk Kruijt, De oorlog van de sergeanten. Surinaamse militairen in de politiek. Uitgeverij Bert Bakker, Amsterdam 2005.
Cynthia McLeod, …. die revolutie niet begrepen! Uitgeverij Conserve, 2005.
-
Leo Henri Ferrier, Atman, Uitgeverij Conserve 1996.
|