welkom
extra
Solidariteit

Bespreking van het boek "Het zijn mensen" (*)

De gevangenis stond voor alles wat ik haatte

Rob Lubbersen

Voorkant boek met uitzicht uit cel

"De gevangenis stond voor alles wat ik haatte." Een ietwat merkwaardige uitspraak van iemand die zo’n veertig jaar ..... gevangenisdirecteur is geweest. Toch schrijft Frans Douw dit op bladzijde 213 van zijn boek Het Zijn Mensen. Hij somt daar op wat hem zoal tegenstond: geslotenheid, wantrouwen, controle, ongelijkheid, angst en onderdrukking.

Echter, hij geeft ook direct aan wat hem wel beviel: Maar het was ook een mensen-plek die was ingericht om te werken aan herstel en rehabilitatie. En wat hem werkelijk overeind hield en dreef, dat was zijn wil én zijn vermogen bij te dragen aan een menselijke detentie. Gevangenen? Het zijn mensen!

Man van de vloer

Het Zijn Mensen begint in de jeugd van Frans Douw. Ik was een bolle en erg schele kleuter. Op de lagere school ontwikkelt hij zich al snel tot een druk en opstandig mannetje. Hij vecht met de gymleraar na een ‘onrechtvaardige daad’. Hij spijbelt. Op zijn zestiende gaat hij uit huis, zwerft, drinkt, neukt, heeft allerlei baantjes onder andere in de horeca. Zonder schoolbezoek van enige betekenis, haalt hij desondanks zijn Havodiploma. Uiteindelijk belandt hij in Berkenrode, een instelling voor moeilijk opvoedbare jongens. Als begeleider! Frans valt op. Hij kent zijn pappenheimers uit zijn eigen wilde jeugd, kan goed met ze omgaan en spijkert theoretisch bij op een hogere beroepsopleiding. Dan stapt hij over naar het gevangeniswezen.

Op dit punt in het boek beschrijft Frans hoe dat in Nederland in elkaar zit. Het strafsysteem, TBS (terbeschikkingstelling), enzovoort. Hij veronderstelt dat het in ons land lange tijd redelijk humaan toeging, omdat veel beleidsmakers in de Tweede Wereldoorlog (1940-1945) zélf door de Duitsers gevangen waren gezet. Ze wisten dus wat dat inhield.
Frans zelf zorgt er voor dat hij óók voortdurend op de hoogte blijft van het leven van de gedetineerden. Hij zoekt ze voortdurend op in hun cellen en werkplaatsen. Hij kijkt en luistert. Observeert en rapporteert. En waar nodig grijpt hij in ten gunste van betere levensomstandigheden. Als ‘man van de vloer’ verwerft hij aanzien en bij zijn pensionering in 2015 was hij de directeur van de Penitentiaire Inrichting Heerhugowaard.

Geen blinde automatismen

De opbouw van het boek is goedgekozen. Aan de hand van zijn eigen jeugd laat hij zien hoe betrekkelijk begrippen 'goed en kwaad' eigenlijk zijn. Ze zitten allebei in iedereen en soms scheelt het maar een haar, zoals bij hemzelf, of de balans raakt verstoord. Zo bereidt hij als het ware zijn latere pleidooi voor een genuanceerde en menselijke benadering van de gedetineerde voor.
Onwillekeurig moest ik hierbij denken aan de Franse filosoof Jean Paul Sartre die in zijn werken ook 'absolute waarheden' sterk relativeerde en instemde met de Chinese taoïstische filosoof die stelde: De wereld is een podium. Alle mannen en vrouwen zijn spelers. Een mens speelt in zijn leven meerdere rollen. Ook een ander uitgangspunt in het mensbeeld van Sartre zal Frans Douw ongetwijfeld bevallen: Vrijheid is wat je doet met wat jou is gedaan. Geen blinde automatismen, maar bewust kiezen voor hoe je reageert op de ander en zijn of haar (wan)gedrag. Niet eeuwig vastpinnen – nieuwe kansen bieden!

Natuurlijk kreeg Frans met zijn rebelse opvattingen en voorstellen niet gelijk iedereen mee. Maar hij had een sterk verhaal én wist dat knap te verkopen. Zo wist hij een aanvankelijk sceptische neoliberaal over te halen in te stemmen met een experiment, waarbij gevangenen in meer vrijheid verschillende activiteiten mochten verrichten. Van tuinieren tot schilderen en het africhten van honden. Hij bracht het experiment aan de man door er het etiket zelfwerkzaamheid op te plakken, hetgeen tevens een goede remedie zou zijn tegen de almaar toenemende bureaucratie. Bingo!

Herstel en Terugkeer

Duidelijk wordt wel dat Frans nooit een grote vriend is geworden, zonder diens naam te noemen, van VVD-veiligheidsfanaat Sander Dekker (minister van Rechtsbescherming). Het weerhoudt hem er niet van zijn strijd voort te zetten in de Stichting Herstel en Terugkeer en met zijn boek. In rechtse kringen wordt hij vervloekt. De Dagelijkse Standaard suggereerde dat Frans er een voorstander van zou zijn om een verkrachter en moordenaar van een 14-jarig meisje zomaar vrij te laten rondlopen (DDS, 5 mei 2021).

Uit het boek blijkt echter zonneklaar dat Frans altijd de hoogste prioriteit heeft gegeven aan de bescherming van de samenleving, van zijn personeel en van de (overige) gedetineerden. Hij beseft donders goed de spanning tussen zijn loyaliteit aan een repressief systeem en zijn ideaal van een betere wereld. Hij heeft moeten manoeuvreren. Maar daarbij heeft hij zich steeds naar vermogen ingezet voor een zo menselijk mogelijke detentie. Omdat dat wérkt. Omdat dit humaan is.

(*) Frans Douw, Het Zijn Mensen. Het verhaal van een gevangenisdirecteur. Amsterdam 2021 - www.atlascontact.nl. 21,99 euro.

S symbool