welkom
extra
Solidariteit

Leesgroep ''Heropleving Karl Marx'' - sleutelbegrippen en nieuwe Interpretaties, deel 3

Democratie

Sjarrel Massop

Vrijheid is altijd vrijheid van andersdenkenden.1 Het is een zegen voor alle sociale, politieke en economische verhoudingen dat er verschillend over gedacht wordt. Alleen op die manier kan de democratie zich verder ontwikkelen. Andersdenkenden kunnen gestimuleerd worden om hun inzichten te uiten, vooral wanneer ze getuigen van oprechte medemenselijkheid en de belangen van de samenleving. Er is altijd verschil van inzicht. De kwestie is hoe daarmee om te gaan. Crises, corona, klimaat ontwrichting, uitsluiting of autoritair bestuur, leiden tot verschillende opvattingen en zetten de democratie onder druk. Democratie - het volk regeert - is een waardig principe, een nadere beschouwing is zonder meer zinvol.

In dit deel 3 baseren we ons op de bijdrage van Ellen Meiksins Wood die een goed inzicht geeft in de visie van Karl Marx op het concept democratie.2

Marx' kritiek op democratie

Citaat van Ellen Meiksins Wood (EMW):
De marxistische kritiek op de burgerlijke democratie, schreef Ernest Mandel, start met het idee dat deze democratie formeel is, omdat de werkers niet de materiële middelen hebben om de rechten uit te oefenen die de burgerij formeel schenkt aan alle burgers. Als voorbeeld: persvrijheid is een formaliteit, wanneer alleen de kapitalisten in staat zijn om zich de miljoenen dollars te verschaffen om een dagblad op te zetten, wanneer alleen vakbondsbestuurders de toegang hebben tot de adressen van de leden.
Deze waarneming geeft de basiskritiek van Marx weer. Marx is niet in principe tegen de burgerlijke vorm van democratie die verbonden is met de liberale democratie. Wel stelt hij vast dat deze vorm van democratie een valse weergave is, omdat ze tekort schiet de fundamentele ongelijkheden op te lossen die de uitkomsten bepalen van de politieke ontwikkelingen die voortkomen uit de klassenverhoudingen.

EMW: De kenmerkende kracht van de kritiek van Marx moet gevonden worden bij de stemgerechtigde meerderheden in de werkende klasse. Sociale hervormingen hebben zich niet doorgezet, waarom zijn sociale ongelijkheden zo hardnekkig, waarom zijn economische ongelijkheden niet afgenomen maar hebben die zich juist verdiept? Waarom zijn de sociale macht en dwang verdiensten van de welvaartsstaat zo kwetsbaar en precair, vooral in het neoliberale tijdperk?
Kapitalisme heeft het mogelijk gemaakt dat er niet alleen een handige verdeling van de arbeid is gekomen door tussenkomst van wetenschappen die versluieren en moeilijk ontoegankelijk zijn, maar ook dat er een wereldvisie is gekomen waarin economische machtsvormen en dwang in het geheel niet worden herkend.

Politieke grenzen

EMW: De moderne staat, schreef Marx, was een echte staat geworden toen ze omgevormd werd van een private zaak van de heerser en zijn dienaren, in een publieke zaak van de burgerij. Het resultaat van een politieke revolutie die de absolute macht van de vorst omverwierp en overgenomen werd door de burgers die een politieke staat stichtten als een instrument voor algemeen belang. Tegelijk met deze omvorming werd de burgerlijke samenleving beroofd van enig politiek karakter.
In feite was er geen vrijheid, alle vrijheid was overgedragen aan een bureaucratische staat, waarop mensen slechts zeer marginale invloed hadden.

EMW: Marx schreef in zijn kritiek op het program van Gotha: alleen als de mensen de eigen macht herkennen en organiseren, en consequent daaraan de sociale macht niet meer scheiden van de politieke macht, kan de menselijke emancipatie bereikt worden. De tegenwoordige gangbare opvattingen over democratie, of democratische rechten en vrijheden, berusten op de formele scheiding van de politieke en economische gebieden.
Bij deze scheiding begint een zeer belangrijke kwestie; centralisatie of decentralisatie.

(De)centralisatie

EMW: Veel menselijk leven wordt geregeld door structuren, processen en principes van de kapitalistische economie. Het is onvoldoende om te zeggen dat volksbewegingen in principe, wanneer ze het staatsapparaat in handen hebben door vredelievende electorale middelen, de sociale omvormingen effectief kunnen invoeren. Het valt niet te ontkennen dat socialisten of sociaaldemocratische partijen significante verbeteringen hebben gerealiseerd in de levensomstandigheden van een kapitalistische samenleving. Deze hebben echter bewezen precair te zijn. Dat betekent erkennen dat de markt eenvoudigweg niet een omgeving is van vrijheid, kansen en keuzes, maar een domein van macht dat zijn wetten oplegt op elk gebied van het menselijk leven en ons dwingt te handelen op manieren die ons eigen welbevinden vernietigen en die van onze omgeving, in het belang van winstmaximalisatie en accumulatie van kapitaal.
Onze vrijheden in een kapitalistische democratie zijn veel meer aan banden gelegd, beklemd door de economische wetmatigheden van de markt, dan door acties van de staat, en markten zijn niet onderhevig aan democratisch rekenschap.
De uitbreiding van de democratie, in andere woorden, vereisen 'decommodificatie'. Een echte democratie, waar de macht toebehoort aan de mensen, betekent per definitie het einde van het kapitalisme.
Decommodificatie betekent het zo veel mogelijk ongedaan maken van productieprocessen die er slechts op gericht zijn goederen te produceren voor een markt. Niet de gebruikswaarde staat centraal maar de ruilwaarde, waardoor de arbeid(st)er van zijn of haar productieproces vervreemdt. Door decommodificatie ontstaat de mogelijkheid voor hen weer iets te kunnen zeggen over hun arbeid.

Tekening van de piramide van de macht

Het kapitalisme slaagt erin de politiek en de economie van elkaar los te maken. De economie moet in het kapitalisme vrij zijn, er mogen geen belemmeringen zijn voor kapitalistische concurrentie om winsten veilig te stellen. Er mag geen centrale economische macht zijn die het kapitaal in zijn willekeur aan banden legt. Het economische systeem moet worden gedecentraliseerd.
Het kapitaal is weinig geïnteresseerd in politieke macht, anders dan dat de politieke macht de belemmeringen weghaalt voor de kapitalistische productiewijze. Dat kan het beste door centralisatie van de politieke macht.
EMW: Het wordt snel duidelijk dat de complexe relatie tussen politieke en economische macht in het kapitalisme een herdefinitie vraagt van de democratie. Niet alleen om de onbalans te corrigeren van de ongelijkheden tussen klassen, maar ook om de reikwijdte van de democratische macht uit te breiden, inclusief de liberale democratische principes van burgerrechten en vrijheden.

Stelling

De aan Ellen Meiksins Wood ontleende stelling in dit derde deel luidt:
In het politieke domein kan het nodig zijn om excessen aangaande de macht te begrenzen, of om democratische vrijheden te beschermen; maar de politieke principes van vrijheid en de controle over de macht behoren niet tot de economie. Inderdaad, een vrije economie was iets waarin economische dwangmatigheden de vrije hand kregen. De essentie van de kapitalistische economie is dat een breed scala van menselijke activiteiten, in andere tijden en plaatsen onderwerp van de staat of van gemeenschappelijke regelingen van verschillende aard, zijn verplaatst naar het economische domein. Ze zijn onderworpen, niet alleen aan de hiërarchie van de werkplekken, maar ook aan de dwang van de markt, de onbelemmerde vereisten van de winstmaximalisatie en een constante accumulatie van het kapitaal. Beide zijn geen onderwerp voor democratische vrijheid of verantwoording.

Vrijheid die alleen geldt voor de aanhangers van de regering en/of alleen voor leden van een partij – al zijn ze nog zo talrijk – is geen vrijheid . Vrijheid is altijd vrijheid van andersdenkenden. Niet vanwege het fanatisme van de 'rechtvaardigheid', maar omdat al het leven gevende, heilzame reinigende van de politieke vrijheid er wezenlijk mee verbonden is en de werking ervan verloren gaat als vrijheid een privilege wordt.3


1 Een uitspraak van Rosa Luxemburg in haar analyse van de Russische Revolutie. Bij het begrip democratie is een onderscheid te maken tussen: enerzijds politieke en economische democratie, dat komt in dit deel 3 aan de orde en anderzijds burgerlijke en socialistische democratie in deel 7. Zie:
https://www.marxists.org/nederlands/luxemburg/1918/1918rr.htm
https://www.marxists.org/nederlands/mandel/1969/1969rosa.htm (terug)
2 Ellen Meiksins Wood (1942-2014) was hoogleraar 'politieke theorie' aan de York University van Toronto Canada. Ze legde de nadruk op de bronnen van het politiek marxisme (Political_Marxism) en stimuleerde een omslag van 'structuurdenken' naar historisch specifiek denken als een proces van strijd en een levende praktijk. (terug)
3 Ontleend aan Rosa Luxemburg, zie eerste link in noot 1. (terug)

S symbool