Project "Klassenstrijd" deel 3 - Kapitaal en arbeid: slot

Een perspectief

Hans Boot

Vanwege mijn betrokkenheid bij de eindredactie van het project "Klassenstrijd", vroeg Sjarrel Massop of ik de afsluiting voor mijn rekening wilde nemen. Een eer. Dat brengt het project, begonnen op 23 oktober 2022 en bestaande uit drie delen, op een totaal van 24 artikelen. Indrukwekkend. Deel 1 - ontwikkelingen van het Kapitaal, deel 2 - ontwikkelingen van de Arbeid en deel 3 - de veranderende, maar strijdige verhouding tussen deze twee grootheden van het kapitalisme waarop sociaaleconomische klassen rusten. Een verhouding die klassenstrijd oproept en als slot van dit project in het dossier aangeduid is met "Perspectief". (1)

Als opdracht kreeg ik mee: ga uit van de vraag die centraal stond in de lezersconferentie naar aanleiding van het veertig jaar bestaan van Solidariteit, 8 oktober 2022: Strijdbare vakbeweging - een mogelijkheid of een illusie? Een begrijpelijke vraag bij het vroegere blad en tegenwoordige webzine Solidariteit dat zich presenteert als Voor een strijdbare vakbeweging. Overigens, de redacties door de jaren heen spaarden zich niet, zo is in hun interne verslagen te lezen: ''we worstelen met de kloof tussen wens en waarneming'', of ''we dreigen voor eigen parochie te preken met hier en daar wat strijdbare leden en bestuurders'' en ''we lijken wel koplopers zonder peloton''. Een goeie reden om op de betekenis van 'strijdbaarheid' in te gaan, in de wetenschap dat deze verder strekt dan de vakbeweging en politieke partijen en sociale bewegingen aangaat. Hoe verleidelijk ook, die relevante verbreding blijft hier onbesproken, evenals ontwikkelingen in het buitenland.

Strijdbaarheid

Tekening arbeidster met megafoon. Achtergrond  futoristische stad stijl dertiger jaren.
Bron Freepik.

De strijdbaarheid van een vakbond kan omschreven worden als de actieve verbinding tussen enerzijds de opgedane ervaringen in de belangenbehartiging van en door leden en anderzijds de grenzen die het maatschappelijk systeem - het kapitalisme - daaraan stelt. Een overgang van aanvaarding naar aanval, van bevestiging naar verzet, van integratie naar oppositie. Een sprong die een bond niet vanzelfsprekend maakt. Maar evenzeer is het 'natuurlijk' dat een bond zich schikt in de marges die overheid en ondernemers bieden en hier wat meer en daar wat minder op te rekken. Twee praktijken, waarin de laatste de boventoon voert in de geschiedenis van de FNV en haar voorlopers. Een citaat bevestigt dat. Het is uit een brief van 12 juli 2021 aan de directeur van Amazon Nederland, medeondertekend door de voorzitter van de FNV, Tuur Elzinga. Bedoeld als waarschuwing dat Amazon de toestanden elders, zoals verzet tegen de vakbeweging, buitensporige werkdruk en verregaande gedragscontrole zich in Nederland niet kon veroorloven. We kennen een waardevolle traditie van overleg tussen werkgevers en werknemers. Een traditie van collectieve arbeidsovereenkomsten. En een traditie, waarin vakbonden niet gezien worden als een daad van verzet, maar als een constructieve partner voor een fatsoenlijke en eerlijke werkomgeving.

Ja maar ..... dat was voor de stakingen van met name de eerste drie maanden van dit jaar. En ze waren niet mis, een recordaantal, bijna evenveel als het jaargemiddelde van de laatste tien jaar, plus een top aan ultimatums. De essentie van een staking is dat, hoe tijdelijk ook, de vrijheid genomen wordt te breken met de beperkingen die een ondernemer oplegt. Een leerschool voor een strijdbare vakbeweging.
Eerder, 12 maart en 21 mei 2023, schreef ik over een revival van de vakbeweging, voorzien van de vraag of er kansen zijn blijven liggen. (2) Te meer daar stakingen inspirerend zijn en ook onafhankelijk van de cao kunnen plaatsvinden, bijvoorbeeld gericht tegen (delen van) het regeringsbeleid, beperking stakingsrecht, vakbondsuitsluiting, wapenhandel en fossiele industrie. Daarnaast kunnen stakingen aan kracht winnen door een georganiseerde collectiviteit, met bijvoorbeeld:
* solidariteitsverklaringen, maar dan meer dan een goed bedoelde aanmoediging,
* (ook) fysieke onderlinge steun, zoals busbestuurders na de staking van vuilnisophalers,
* opbouw aan de basis van bedrijf en bond - zelforganisatie,
* nadrukkelijk kiezen voor volledige openbaarheid,
* verbreding tot sector, op lokaal en/of regionaal niveau, voorkomen van isolement,
* gelijktijdigheid van initiatieven,
* organisatie van gezamenlijke bijeenkomsten,
* werken naar een landelijke staking.
Dit rijtje algemene voorstellen is uit te breiden en niet bedoeld als recept. Wel drukken ze het principe uit van de opbouw van een brede beweging die werkt aan gemeenschappelijkheid en zich keert tegen de versplintering in tijd en plaats. Die collectiviteit, ook in daden, concretiseert inderdaad het bestaansrecht van de vakbeweging en de ontwikkeling van de gezamenlijke kracht. Op weg naar een tegenmacht. Met in ons achterhoofd een tip van Karl Marx: Wie zijn tegenstander wil verslaan, zal niet met hem in discussie treden over de kosten van de oorlog.

Don't give up met vuist
Bron Freepik.

Tegenmacht

De opbouw van zo'n tegenmacht houdt de genoemde overgang in van 'integratie naar oppositie'. Een breuk met in overlegstructuren samen met ondernemers (en staat) zoeken naar een gezamenlijke visie op de aanpak van vitale kwesties. Zoals lonen, uitkeringen, werkdruk, vervuiling, gezondheidsschade, arbeidsmigratie, uitbesteding en flexibiliteit. En Marx even vrij interpreterend: macht breek je niet door samenwerking.

Die samenwerking, die gezamenlijkheid is meer dan ook de kern van de huidige strategieën van het management dat hiërarchisch uitdijt. De traditionele gedragscontrole via opdrachten - 'dat niet en dat wel' - is ideologisch omgezet in een collectieve vanzelfsprekendheid: 'wij beseffen allemaal dat dit het enige juiste is'. Toegepast op het georganiseerde overleg, daar zou wel eens een vergelijkbare vanzelfsprekendheid kunnen heersen.
In de FNV staat de vorming van een tegenmacht niet op de agenda. Sterker nog, er bestaan in de organisatie serieuze hindernissen. Behalve met vraagstukken als arbeidsmigratie en precaire arbeid, worstelt ze met de interne democratie die bepaald niet springlevend is, ook door het op afstand van de leden functionerende Ledenparlement. Bovendien is de professionele 'werkorganisatie' niet vrij van wat in de bedrijven gangbare opvattingen over 'bedrijfsvoering' zijn. Professioneel dus.

Terugkomend op de stakingen. Zij zullen als een daad van verzet die saamhorigheid van de 'sociale partners' op losse schroeven zetten. Zowel de weg er naar toe - de voorbereiding, het democratisch genomen besluit als de staking zelf is een bewuste stap uit de alledaagse onderschikking waarop de loonarbeid gebaseerd is.

Conclusie - Specifiek verbonden aan een cao, als een incidenteel middel om de specifieke eisen binnen te halen, zal een staking veel minder een botsing zijn met de bestaande sociaaleconomische, politieke en ideologische verhoudingen. En daarmee veel minder een bijdrage leveren aan de vorming van een tegenmacht die uiteindelijk ook het kapitalisme op losse schroeven zet. Ooit 'vroeg iemand 'wat te doen' - veel dus, in de overtuiging dat het niet gaat om een 'illusie', maar om meer dan een mogelijkheid.

(1) Solidariteit dossier "Klassenstrijd"
(2) FNV hervindt bestaansrecht, 12 maart 2023, commentaar 481,
Stakingen zijn niet gebonden aan de cao, 21 mei 2023, extra 483-3.

S symbool