Project "Klassenstrijd" deel 1 - ontwikkeling van het kapitaal: nummer 9
Het ontwikkelde constante kapitaal
Sjarrel Massop
Doel van het eerste deel van het project "Klassenstrijd" is de ontwikkeling van het kapitaal te bekijken vanuit een marxistische benadering. Marx deelde het kapitaal in twee categorieën: het constante en het variabele kapitaal. Het constante kapitaal betreft alles dat in een productieproces meehelpt producten met een surplus (toegevoegde waarde), voort te brengen. Het variabele kapitaal, de levende arbeid, is voor het kapitalistische productieproces de bron voor het surplus, de meerwaarde.
Adam Smith, Karl Marx, David Ricardo
Marx heeft de arbeidswaardeleer die Adam Smith en David Ricardo hanteerden, aangepast. Zij stelden dat slechts de arbeid de bron van alle welvaart is. Voor Marx was dat de combinatie van constant en variabel kapitaal. Door zijn aanpassing blijft de arbeidswaardeleer intact. Deel één van deze serie is beperkt tot het constante deel van het kapitaal. De eerdere acht bijdragen eindigden met een evaluerende conclusie. Hier een samenvatting als slotconclusie, maar eerst nog eens aandacht aan de dynamiek van het kapitalisme.
Dynamiek
Marx' invalshoek is om twee redenen een discussie waard.
1. Hij beschouwde het kapitaal als iets dynamisch en voorzag dus de ontwikkeling ervan. Daarmee relativeerde hij op voorhand zijn visie. Marx voorzag dat het kapitaal zich verder zou ontwikkelen. Hij schetste de contouren en liet de actualisering over aan zijn opvolgers.
2. De tweede reden is dat velen, en dan beperk ik me tot degenen die het gewaagd hebben in de voetsporen van Marx te treden, zijn analyse vaak op een kritische manier benaderden.
Bijvoorbeeld, Rosa Luxemburg, Ernest Mandel en David Harvey. Zij hebben als belangrijke volgers van Marx' gedachten precies gedaan wat hij voorstelde, namelijk een studie maken van de verdere ontwikkeling van het constante kapitaal.
Deze studie heb ik in de vorige delen geprobeerd samen te vatten. Eventuele kritiek daarop staat in de voetsporen van wat Marx beoogde: een permanent onderzoek naar het kapitaal. En daarmee de mogelijkheid het kapitaal te kritiseren in dienst van een samenleving waarbij al het kapitaal gesocialiseerd is. Kritiek is immers de motor tot verbetering van een analyse, zoals (genoemde) actuele publicaties.
Het kapitalisme als politiek economisch systeem heeft geen eeuwigheidswaarde, dat heeft zelfs Francis Fukuyama moeten erkennen. Absolute waarheid bestaat niet, wel een sterke dynamiek. Die zorgt ervoor dat de kritiek op het kapitalisme in beweging blijft. Stil zitten speelt het kapitalisme in de kaart. Kritische studies leggen het fundament voor een antikapitalisme. De keuze die Rosa Luxemburg ons voorlegde, kan bepalend zijn voor het perspectief: socialisme of barbarij.
Acht conclusies
* Conclusie 1 - machinerie
Groei en meer machinerie (technologie) vormen geen oplossing voor economische, sociale, milieu- en klimaatproblemen. In kapitalistische verhoudingen versterken ze juist. Dit staat bekend onder de naam Jevons paradox. De verhoging van de arbeidsproductiviteit in één sector zal tot veel meer activiteiten leiden in andere sectoren. Een voorbeeld van deze tijd. Het plan is omwille van het milieu en de CO2 uitstoot alle auto's voor 2035 op elektriciteit en/of waterstof te laten rijden. Kapitalistisch is dit een lucratieve uitdaging, maar voor het milieu wordt deze ombouw een regelrechte ramp.
* Conclusie 2 - organische samenstelling van het kapitaal
Investeren in technologie, machinerie en automatisering leidt tot een daling van de winstvoet en daarmee de winsten. De individuele kapitalist ontkomt uit het oogpunt van concurrentie niet aan kapitaalsinvesteringen, maar voor het gehele kapitaal betekent dit een teruggang van de winsten! Om deze teruggang tegen te gaan, moet de productie uitgebreid worden: groeien. Groei is dus slechts nodig voor het veilig stellen van de winsten en niet voor het voldoen aan de behoeften voor de mensen van een samenleving. Dat is kapitalisme.
* Conclusie 3 - eenvoudige of oorspronkelijke reproductie
Circulatie is een geaggregeerde (samengevoegde) vorm van productie en reproductie. Reproductie is hoe het kapitaal van een afzonderlijk productieproces verloopt. Marx heeft de oorspronkelijke reproductie benoemd en stelde dat deze feitelijk neerkwam op onteigening. David Harvey heeft deze gebruikt voor zijn idee van groei door onteigening ('accumulation by disposession').
* Conclusie 4 - uitgebreide reproductie
Voor de beoordeling van de actuele ontwikkeling van het kapitalisme is het van groot belang in te zien wat er na de reproductie van het totale kapitaal met de extra overtollige meerwaarde gebeurt (nadrukkelijk benoemd door Rosa Luxemburg in haar boek Die Akkumulation des Kapitals. - door mij het Surplus+ genoemd, de motor voor de ontwikkeling van het kapitaal in onze tijd).
* Conclusie 5 - kredietsysteem
Met geld kan meer geld gemaakt worden. Dat is niet in tegenspraak met de arbeidswaardeleer van Marx. Nodig is dan wel dat het geld in de vorm van krediet weer terugvloeit in de wereld van de productie om zo te kunnen accumuleren. Geld is een industrie geworden.
* Conclusie 6 - geld
Geld in de vorm van vermogen dat zich onttrokken heeft aan de circulatie van het kapitaal krijgt in hedendaagse kapitalistische economieën een zeer prominente rol. Zo prominent dat ze in de groeibehoeften van het kapitaal kan voorzien. Economen, zoals uiteraard Marx zelf, Rosa Luxemburg en Ernest Mandel hebben de kapitalistische productie ingedeeld in twee afdelingen, de productie van productiemiddelen en de productie van consumptiegoederen.
* Conclusie 7 - nieuwe economische afdelingen
De ontwikkeling van het kapitaal via vooral de technologie, met de neiging dat de winsten dalen, zetten aan nieuwe mogelijkheden te zoeken om te groeien. Ontwikkeling van nieuwe gebieden en militarisering zijn daartoe mogelijkheden. Het is niet vreemd dat China zoveel belangstelling heeft voor Afrika. Vanwege de grondstoffen, maar ook om het Chinese kapitaal te laten groeien. Groeien met geld is het kapitaal min of meer in de schoot geworpen, omdat kapitalisten hun Surplus+ niet direct in de eigen productie kwijt konden.
Nieuw is de kapitalistische ontginning van onderdelen van de technologie die niet met de productie zelf te maken hebben, maar wel kapitalistische productie faciliteren. Bijvoorbeeld de zogenoemde marktwerking in de zorg die overigens een nauwkeuriger beschrijving vergt. Processen in zorg, welzijn en onderwijs worden zo ingericht dat ze zelf kapitaal kunnen laten groeien, laten accumuleren.
* Conclusie 8 - ongelijke en gecombineerde ontwikkeling
De ontwikkeling van het kapitaal houdt geen enkele rekening met werkelijke menselijke behoeften. Ze is volstrekt amoreel en dient slechts één motief: de alom geaccepteerde norm van accumulatie of economische groei. Die ontwikkeling wordt versneld door het principe van de ongelijke en gecombineerde ontwikkeling. Misschien is dit principe wel de ultieme betekenis van de globalisering, waar het in het begin van de vorige eeuw nog ging over de omschakeling van kolonialisme naar imperialisme. De achterstand kan door de gecombineerde ontwikkeling ingelopen worden. Dat is wat nu in China en in mindere mate in India en Brazilië gebeurd. De achterstand wordt een voorsprong, dat is zeer bedreigend voor bijvoorbeeld de Verenigde Staten.
De grote vraag over deze ontwikkeling is: hoe de wereldsamenleving er democratische controle over zal krijgen. Met andere woorden: hoe barbarij voorkomen wordt en het socialisme wordt gerealiseerd.
Vonk, Marxistische media voor de arbeidersbeweging - Vonk
Slotconclusie
De grote vraag over de ontwikkeling van het constante kapitaal is hoe de wereldsamenleving democratische controle krijgt over de ongelijke en gecombineerde loop van het totale constante kapitaal.
Een opmerkelijk verschijnsel doet zich voor als het over deze vraag gaat. Door de geweldige concentratie van het kapitaal vervreemden de kapitalisten van het kapitaal. De kapitalist was de eigenaar van een bedrijf dat kapitalistisch produceerde. Sinds op uitgebreide schaal geld met geld wordt gemaakt, verkleint de verleiding om zelf te gaan ondernemen. Waarom die moeite getroosten, wanneer met een gespreide beleggingsportefeuille de gebraden eenden in de bek vliegen? Uitzonderingen als Elon Musk, Mark Zuckerberg en Russische oligarchen daargelaten, hebben weinig geldkapitalisten nog veel invloed op de bedrijfsvoering van een kapitalistische onderneming. Het enige dat telt, zijn de dividenden. Een managementcultuur maakt van het kapitalisme een economisch systeem, waarvan de controle volledig verdwenen is. Om in termen van Peter Hudis te blijven: het kapitaal met kapitalisten als subject bestaat nauwelijks meer. (1) Het is een systeem geworden met een volstrekt eigen logica, waarvan de menselijke maat geheel verdwenen is. Dat maakt de bestrijding lastig.
Tot slot. De belangrijkste conclusie over de ontwikkeling van het constante kapitaal is dat het een wereldwijde dominantie heeft gekregen en als systeem de menselijkheid als nooit te voren bedreigt. Omdat ook het kapitaal geobjectiveerd is en ontdaan van de menselijke invloed, wordt het alsmaar moeilijker het systeem te veranderen. Er blijft dan ook voor de keuze tussen barbarij of socialisme maar één keuze over: de emancipatie van de breed op te vatten arbeidersklasse is het werk van de arbeidersklasse als subject, zelf.