Een serie gesprekken over de verkiezingen in de FNV 2
Democratie en strijdbaarheid, FNV Jong
Sjarrel Massop
De vakbeweging verliest invloed - sociaal en economisch. Meer dan veertig jaar 'polderen' heeft haar geen goed gedaan. De vergrijzing neemt toe, de ledenaanwas blijft achter, de politieke tegenwind is verontrustend, de werkgevers geven niet veel weg en ook met de overheid is het moeilijk zaken doen. Tijd voor herbezinning.
FNV
Verrassend genoeg heeft Tuur Elzinga (E521-4) de huidige voorzitter van de FNV, Marx citerend in zijn boek, de herbezinning ingezet en blies penningmeester Piet Rietman de klassenstrijd nieuw leven in (Jacobin). Kennelijk is ook voor hen de nood van de vakbeweging hoog. Door deze standpunten te ventileren, geven Tuur en Piet wel de toon aan voor de richting die zij als algemeen bestuurders met de FNV voor ogen hebben. Hun voornemens dienen echter door de (kader) leden gedragen en uitgevoerd te worden. Daar gaan de gesprekken in deze serie over, met als centrale vraag: is er animo voor een 'uitgepolderde', meer strijdbare vakbeweging?
FNV jong
Het tweede gesprek in deze serie is met Linda Huisman. Linda is nog studente, en in die hoedanigheid bestuurslid geweest van het LSVb de landelijke studentenvakbond, ze was penningmeester en hield zich bezig met onderwijskwaliteit en zeggenschap. Het vakbondswerk zit in haar genen, haar vader was lid bij de vakbond en heeft daar altijd veel aangehad het was daarom niet gek dat ze op jonge leeftijd lid werd. Zelf vindt ze dat niet genoeg, ze is uitermate gemotiveerd om actief vakbondskaderlid te worden. De reden dat ze zich heeft aangemeld bij FNV jong. Ze doet daar vakbondswerk voor en is toehoorder in de sectorraad. Ze heeft besloten zich kandidaat te stellen voor het Ledenparlement van de FNV.
Zijn er voldoende mogelijkheden binnen de bond voor je vakbondswerk?
Bij VIDIUS-studentenunie, een lokale lidbond van de LSVb ben ik in aanraking gekomen met de Niet mijn Schuldcampagne. In deze campagne streden de FNV Young en United, samen met de LSVb, lokale studentenbonden en lokale actieraden voor de herinvoering van de basisbeurs. De gezamenlijke aanpak heeft bijgedragen aan het succes.
Ik vind vakbonden belangrijk, en ben een sterk voorstander van samenwerken, de strijd voor de basisbeurs lijkt op de strijd voor de afschaffing van het minimumjeugdloon. De inkomenspositie van jongeren is slecht, daarvoor samen vechten is belangrijk. Het heeft geleid tot een aanwas van jonge kaderleden, dat biedt perspectief voor de toekomst. Op punten waarvoor het slecht geregeld is voor jongeren zijn ze bereid om in actie te komen. Naast het inkomen is voor jongeren de huisvesting slecht geregeld. Er is dan weinig verschil tussen nog studerende jongeren en al werkende jongeren. Ik ervaar dat jongeren bereid zijn samen op te trekken om deze problemen aan te pakken. Er zijn allerlei mogelijkheden om vakbondswerk te doen voor jongeren bij de FNV maar ook binnen de studentenvakbeweging. Het is goed als de FNV en de studentenvakbonden elkaar ook blijven steunen zowel lokaal als landelijk.
Hoe zie je het de samenwerking de andere sectoren?
Belangrijk is het besef dat we het van de politiek niet moeten hebben als het gaat om veranderingen, dat hebben we in de strijd om de basisbeurs wel gezien. In mijn omgeving heb ik ervaren dat dingen slecht geregeld zijn als het om belangen van kwetsbare mensen in de samenleving gaat. Ik heb nog niet veel ervaring met vakbondswerk bij de FNV, hoewel ik van andere jongeren wel hoor dat ze het nut van de vakbond niet zo erg zien zitten. Als je er niets aan doet, dan gebeurt er ook niets Het is belangrijk dat jongeren zich meer gaan organiseren voor betere rechten en tegen ongelijkheid in de samenleving. Dit beperkt zich niet alleen tot het eigen werkterrein, het strekt zich uit over veel sectoren. Er is veel activisme bij jongeren, ik zie in andere sectoren ook best problemen. Het is uitermate belangrijk dat er over de sectoren heen solidair samengewerkt wordt.
Hoe ervaar je de interne democratie in de FNV?
De zittingsduur in bijvoorbeeld het Ledenparlement is erg lang, vier jaar is voor jongeren veel. Ik vind dat daar meer organisch mee omgegaan moet worden. Daarmee bedoel ik dat je vakbondswerk beter moet aansluiten bij je eigen leefsituatie. Mensen moeten kunnen schakelen, misschien meer tussentijdse verkiezingen.
Zou je er voor voelen om bijvoorbeeld je functie te kunnen delen in het Ledenparlement?
Ja, dat is wel wat. Je wordt in dergelijke posities snel overvraagd, het vraagt erg veel van je. Het is belangrijk ook voor de continuïteit om je ervaringen te kunnen delen met collega vakbondsleden. Dat geldt voor studerende en werkende jongeren. In alle sectoren werken jonge mensen, of gaan ze naar school om later in een sector te gaan werken. Er wordt veel van jonge mensen gevraagd en mentale druk is hoog, het is belangrijk dat ook deze jongeren kunnen leunen op de vakbond en actief kunnen bijdragen aan de beweging. Solidariteit is dan belangrijk ook in het vakbondswerk, het kunnen delen van je ervaringen met anderen om zo ook sterker in de strijd te staan.
Welke mogelijkheden zie je voor 'brede' vakbondsactiviteiten - klimaat, migratie, emancipatie, vrede, internationaal, ...
Wat ik van de traditionele vakbond begrijp, ik weet er het fijne nog niet van, is dat ze voornamelijk bezig zijn met inkomen en werk. Er is veel meer in de wereld. Heel concreet voor jongeren is de woonproblematiek, de vakbond moet zich daar mee bezig houden. Zo hebben de werkers van de toekomst een grote taak in het aanpakken (of beperken) van de klimaatcrisis. Er zijn veel meer problemen, waar de vakbond zeker raakvlakken mee heeft. Die dingen hangen ook met elkaar samen, klimaat is daar een groot voorbeeld van. Ik heb zeker veel sympathie voor allerlei zaken als het gaat om het verbeteren en veranderen van de samenleving. Ik ben zelf actief binnen de groep vakbondsleden solidair met Palestina. Overal actief in zijn dat gaat niet lukken, het is wel goed dat de vakbeweging daar verbindingen in legt. Als iets georganiseerd wordt dan kun je je altijd aansluiten. Organisatorisch actief worden kun je dan op de dingen die je zelf aangaan, of waar je veel interesse in hebt.
Wil je nog iets kwijt?
Ik ben blij dat mijn ouders mij aangespoord hebben lid te worden van de vakbond. Ze hebben hun ervaringen gedeeld, en hoewel de tijden veranderen is en blijft vakbondswerk belangrijk. Ik ervaar veel solidariteit onder jongeren, hoewel er verschillen zijn. Ik denk dat ik lang actief blijf.