Welkom
Ingezonden
Solidariteit "ingezonden"

Reacties zijn zeer welkom

Etnisch - kapitalistisch - ondernemerschap

Hans Boot

Om met een tragische wijsheid te beginnen: Ondernemen is in. "Hou je er buiten, Kok", heeft niet gewerkt in de paarse jaren negentig van economische liberalisering. De actualiteit van het etnisch ondernemerschap leidt tot de vraag of de afwijzing van het kapitalisme en het ondernemerdom ook van toepassing is op de niet-westerse migrantondernemer.

De kersverse hoogleraar, Ewald Engelen, met de bijzondere leerstoel "Etnisch Ondernemerschap" - extern gefinancierd, in dit geval door VNO-NCW met steun van twee ministeries - is er al uit. De 21ste eeuw zal in het teken staan van de etnische ondernemer. Hij juicht dat toe. Volgens hem halen 'we' te weinig rendement uit 'onze' migranten. De eerste generatie mag dan wel een stevige kostenpost zijn, de ondernemende tweede en derde maken dat ruimschoots goed. Ook de voorzitter van de FNV, Agnes Jongerius, aarzelt niet. Een dag of tien geleden reikte ze met een waarderende omhelzing een 'award' uit aan 'the other businessman' van het jaar, een Marokkaanse ondernemer.

Vaderlands koopmanschap

Engelen is behulpzaam. Zijn stelling is dat het steeds minder gaat om de Turkse slager en Marokkaanse snackbarhouder, de toekomst van het etnisch ondernemerschap ligt in de zakelijke dienstverlening. Van beveiliging tot kinderopvang, van logistiek tot automatisering. Niet twaalf uur per dag sappelen, plus onbetaalde arbeid door vrouw en kinderen, zoals de melkboer van een halve eeuw geleden. Nee, een volwaardige ondernemer met een pand op een industrieterrein, een professionele organisatie en niet te vergeten werknemers. Koestering van deze werkelijk geïntegreerde migranten zou getuigen van klassiek, vaderlands koopmanschap. De dominee kan afgevoerd worden.

Hoewel de oude middenstander als een ware kleinburger op de centen zat en zich graag spiegelde aan de grote ondernemer, geen marxist rekende hem tot de te bestrijden kapitalistenklasse. Sterker nog, bij een staking stelde de bakker uit solidariteit brood beschikbaar en het koffiehuis kon een vrijplaats zijn. Voor de huidige 'niet-westerse' collega zal hetzelfde gelden. (Een interessante vraag is overigens of die in de loop der tijd ook weggevaagd zal worden, wanneer de opvallende doorbraak van de 'andere zakenman/vrouw' doorzet.)
Zondert twijfel kunnen kleine bazen - toen en nu - onderbetalen, uitzuigen en koeioneren. Dat is vroeg of laat eigen aan het ondernemerdom en onderscheidt klein niet van groot. De wat rekkelijke grens ligt bij de mogelijkheid te verdienen aan de werknemers en met dat 'surplus' investeren om uit te breiden; expanderen met meer, en tegelijkertijd zo min mogelijk, werknemers. Dat zal ook de missie van het nieuwe etnisch ondernemerschap zijn.

Integratie of emancipatie

Het antwoord op de beginvraag zal dus zijn dat het etnisch ondernemen van de 21ste eeuw een verwerpelijke, kapitalistische activiteit is. En nu?
In ieder geval kan vastgesteld worden dat met deze toetreding tot het ondernemerdom een einde komt aan de vaak veronderstelde homogeniteit van de 'etnische' gemeenschappen. Overeenkomstig de 'autochtone' bevolking ontwikkelt zich daar een reële kapitalistische tweedeling van ondernemers en arbeiders (of hoe we deze onoverbrugbare, sociaal-economische tegenstelling ook willen aanduiden).
Voor migrantarbeiders komt dan scherper dan voorheen de kwestie aan de orde wat integratie inhoudt en waarin zij wensen te integreren. In een westerse samenleving waar het ondernemerschap steeds meer de norm van maatschappelijk en persoonlijk succes is? Of overstijgen ze de grenzen van de eigen gemeenschappen en maakt integratie tot onderschikking plaats voor een strijdbaar streven naar onafhankelijkheid en emancipatie?

In de stakingen bij de schoonmaaksector en daarna bij de distributiecentra van Albert Heijn waren migrantarbeiders nadrukkelijk betrokken, soms namen ze de kop. Het is wachten op de eerste acties bij een etnisch ondernemer. Dan zal de beloningskus kus van de voorzitter van de FNV nog onbegrijpelijker worden.

Discussie

De beoordeling of het opkomende etnisch ondernemerschap overwegend de klassieke vorm zal aannemen van een werkgever die werknemers tewerkstelt, wordt betwijfeld in een commentaar op de oorspronkelijke publicatie bij www.konfrontatie.nl (23 december 2010). De stelling in die reactie is dat:
Autochtoon of allochtoon, de 'nieuwe' ondernemer in de toekomst overwegend een zelfstandige zonder personeel zal zijn. In plaats van met werknemers gaat de nieuweling, als de klus dat vereist, in zee met collega's. "Goedkoper en geen gedoe met ontslagrecht." Een proces dat aansluit op de flexibilisering en uitbesteding die in het traditionele, 'grote bedrijfsleven' al jaren gaande zijn.

In wezen betekent deze opvatting dat in het algemeen de door wetgeving en collectieve overeenkomsten beschermde loonafhankelijke plaatsmaakt voor een rechteloze, losse arbeider, geheten zelfstandige zonder personeel. Zonder meer is de komst van zzp'ers een realiteit, evenals hun gevoeligheid voor de economische conjunctuur. Bovendien is uitbreiding van deze ontwikkeling aannemelijk, evenals de deelname daaraan van niet-westerse migranten. Mijn stelling is echter dat:

Vroeg of laat etnische ondernemers zich zullen scharen in de rijen van de westerse collega's. Hun ondernemerschap met werknemers in vaste - zij het flexibele - dienst, zal dan ook geen marginaal verschijnsel worden.

Om een discussie te bevorderen, hier als aanzet een viertal argumenten.
  1. Vakbondsleden zullen niet toestaan dat hun organisaties krachteloos de losse arbeid als algemene norm aanvaarden.
  2. Ondernemers kunnen aan de versplinterde, nauwelijks te integreren, losse arbeiders niet de noodzakelijk geachte financiële voordelen onttrekken om de maximalisering van de winsten te realiseren.
  3. Ondernemers hebben baat bij gereguleerde arbeidsverhoudingen in de handhaving van hun sociaal-economische machtspositie.
  4. Nieuwe productietechnieken blijven kwalificaties van werknemers eisen die in een bescherming biedend arbeidscontract het best gedijen. Zoals: bedrijfsspecifieke kennis en vaardigheden, bedrijfsbinding, loyaliteit, voorspelbaarheid, nauwgezetheid en bereidheid tot samenwerking.