Nogmaals het Wettige Opium - 350 jaar verzwegen geschiedenis 1
De Nederlandse staat als opiumhandelaar (2)
Maurice Ferares
Het artikel over het drie en een halve eeuw durende opiummonopolie van de Nederlandse staat in Indonesië - Solidariteit,12 november 2017, 343 ingezonden - heeft een aantal reacties tot gevolg gehad.
Zo zond Ernst Jansz, musicus/schrijver/dichter, bekend van de groep "Doe Maar", zijn recent verschenen boek "De Neerkant". Daarin staat een aantal citaten uit brieven en krantenartikelen afkomstig van zijn betovergrootvader, Pieter Jansz, missionaris in Nederlands-Indië. 2
Daarnaast stuurde W.N. een citaat uit een brief van Raden Adjeng Kartini (21 april 1879-17 september 1904) aan een Nederlandse mejuffrouw E.H. Zeehandelaar.
De pest van Java
Eerst drie citaten uit kranten die destijds in Nederlands-Indië verschenen.
Javabode 13 augustus 1873. Over de uitbuiting van de Javanen:
Het zijn de Inlanders die voor een groot deel die allerdrukkendste belasting, die hen van drie zijden uitmergelt, aan de schatkist betalen, waarvoor Nederland aan hun het meest verwoestende gif als belooning terug geeft. Is het een wonder, dat zij altijd arm blijven en steeds armer worden?
Landontginning en Evangelisatie op Java 1874:
Nederland onder de leiding des Heeren, voogd geworden over Java, had die voogdij misbruikt ten nadeele der onmondige kinderen des lands. De Javanen zuchtten onder drukkende belastingen, gedwongen diensten, een ellendige politie, hij werd geëxploiteerd ten bate der schatkist, en er werd om vuige winst een alleronzedelijkste handel met hem gedreven door de verkoop van het verleidelijk, ziel en lichaam verdervend vergif:de opium.
Soerabaijasch Handelsblad 17 juni 1893:
God heeft bevolen "Gij zult niet doden" en de regering van Nederland levert jaarlijks voor miljoenen guldens het noodlottigst vergif aan de ongelukkige inlanders en stijft met dat vloekgeld hare schatkist.
Vervolgens een citaat uit een brief van Raden Adjeng Kartini.
Japara 25 mei 1899:
Een kwaad, erger, grooter nog dan de alcohol, is er hier! Het is opium. O wat een ellende dat afschuwelijk goed over mijn land, over mijn volk heeft gebracht, is niet te zeggen. Het opium is de pest van Java. Ja, erger nog dan de pest is 't opium. De pest is niet altijddurend, vroeg of laat zal zij wijken, maar het kwaad door opium gesticht wordt gaandeweg grooter en grooter, breidt zich hoe langer hoe meer uit en zal niet, nooit verdwijnen, eenvoudig omdat het is beschermd door het Gouvernement! Hoe grooter het verbruik van opium op Java is, des te voller zal de schatkist zijn. De opiumpacht is één der rijkste bronnen van inkomst der N.-I. Regeering. Wat geeft het of het volk er wèl of niet bij vaart? De Regeering vaart er wèl bij, dat is het voornaamste. De vloek van het volk vult de buidel der Ned.-Indische Regeering met tonnen, met millioenen Gouds.
1 |
Ewald Vanvugt, Nederland runde eeuwenlang een drugskartel (en betaalde er zijn oorlogen mee). Java Post, 1 november 2017. Ewald Vanvugt, Wettig Opium. 350 jaar Nederlandse opiumhandel in Azië, uitgeverij In de Knipscheer, 1985.
(terug)
|
2 |
Ernst Jansz, De Neerkant. Kronieken 1970-1980, uitgeverij In de knipscheer, 2017.
(terug)
|
|