Naar aanleiding van het "FNV Offensief"
Voor een antikapitalistische regering
Maurice Ferares
Tijdens hun prille revolutionaire jeugd richtten in 1906 leden van de Sociaal-Democratische Arbeiderspartij, SDAP, een vakorganisatie op: het Nederlands Verbond van Vakverenigingen, NVV. Het was de opening van een nieuwe weg voor strijd tegen het kapitalisme. Voortaan zou de strijd voor verbetering van het lot van de arbeiders en voor een toekomstige, socialistische maatschappij, zowel op politiek terrein, onder andere in het parlement, als in de bedrijven gevoerd worden.
In de loop der jaren echter noemde de SDAP het ideaal van een socialistische maatschappij zelfs niet meer in de agitatie. Het voornaamste doel van de strijd was de ontwikkeling naar een gerespecteerd element in de burgerlijke democratie. De bureaucratie van de partij streefde naar regeringsdeelname en was bereid met de meest rechtse partijen in zee te gaan. Voor 1940 hadden de ondernemers de SDAP niet in een regering nodig om te tonen hoe democratisch ze waren en bestond er weinig strijdlust bij de door de enorme economische crisis getroffen arbeiders. Na de Tweede Wereldoorlog veranderde dat.
Herstel samenwerking
De deelname van de Partij van de Arbeid, de opvolger van de SDAP, aan regeringen met de VVD, de christelijke en andere rechtse partijen had en heeft niets te maken met de strijd voor lotsverbetering van werkende mensen. Om maar te zwijgen over de strijd voor een socialistische maatschappij.
Met de degeneratie van de arbeiderspartij degenereerde ook de vakbeweging. De praktijk van het zogenaamde polderen zegt alles over wat de FNV bereid is te doen. De arbeiders hebben de beschikking over hun vakorganisatie verloren. Een vakbond die een voor hen onbruikbaar apparaat is geworden in de strijd tegen de ondernemers en voor een socialistisch wereld. Het feit dat gepensioneerde bondsbestuurders door ondernemers beloond worden met commissariaten en andere duur betalende functies in ondernemingen en de staat toont zowel de mate van verrotting van het huidige bondsapparaat als de tevredenheid van de ondernemers met het werk van de voormalige bestuurders. Dat moet en kan veranderen.
De vakbeweging moet een belangrijke rol spelen in de restauratie van de politieke partij die de bondgenoot hoort te zijn van de vakbeweging. Helaas is niet duidelijk of de voorzitter van de FNV Busker op de Dag van het Offensief, 13 januari 2018 in Utrecht, met zijn uitspraak dat de vakbeweging zich meer op de politiek moet richten, bedoeld heeft om te willen komen tot het herstel van een nauwe band met de PvdA en een gemeenschappelijk optreden.
Gezamenlijk programma
Het is de allerhoogste tijd dat de FNV samen met de PvdA een strategie bepaalt voor de strijd tegen de ondernemers. Daarom zal de FNV niet meer moeten polderen en de PvdA niet meer met rechtse partijen regeren. Hand in hand zullen vakbeweging en partij de strijd moeten aanbinden met de uitbuiters.
Een eerste stap in die samenwerking zou kunnen zijn: actievoeren voor een regering bestaande uit leden van de PvdA, SP en GroenLinks, aangevuld met vertegenwoordigers van de vakbeweging, die een antikapitalistisch programma uitvoert. Een dergelijke verandering van optreden zal tevens de FNV en de PvdA de noodzakelijke kracht geven hun huidige interne chaos en krachteloosheid te overwinnen.
|