Welkom
Ingezonden
Solidariteit "ingezonden"

Alleen activistische vakbond kan verdere race naar beneden voorkomen

Pensioenakkoord is een zware nederlaag voor de FNV en een ramp voor werkenden en gepensioneerden

Cor Minnaard – 5 juli 2019

Hoewel het FNV bestuur geen gelegenheid onbenut heeft gelaten om enthousiast rond te bazuinen: we hebben het beste akkoord ooit, en driekwart van de FNV-leden vervolgens met dat akkoord instemde, zal de komende tijd steeds duidelijker worden dat het pensioenakkoord vooral negatieve gevolgen heeft voor miljoenen werkenden en gepensioneerden.

Waarom de onderhandelaars en vervolgens het bestuur en het Ledenparlement van de FNV dan zo enthousiast waren over het akkoord? Dat kan toch moeilijk verklaard worden uit domheid of naïviteit, daarvoor zijn de betrokkenen bij de onderhandelingen en besluitvorming te goed ingevoerd in de materie. Dus moet het zijn dat zij een besluit hebben genomen op basis van de (politieke) overtuiging dat dit akkoord voor de miljoenen mensen die gepensioneerd zijn of bezig zijn pensioen op te bouwen, de nodige voordelen gaat opleveren.

Analyse akkoord

Die overtuiging blijkt ook uit de verklaring die het bondsbestuur op de site van de FNV heeft laten plaatsen:
https://www.fnv.nl/nieuwsbericht/algemeen-nieuws/2019/06/het-pensioenakkoord-hoe-nu-verder
De tweede alinea is veelzeggend:
De afgelopen maanden hebben we laten zien wat we kunnen bereiken als we samen knokken. Tienduizenden mensen kwamen op 18 maart, 28 en 29 mei in actie voor een goed pensioen. En een heel groot deel van Nederland steunde die acties. Het resultaat: het kabinet zwichtte onder de enorme druk. En nu ligt er een pensioenakkoord dat veel beter is dan waar ze eerder zo koppig aan vasthielden.

Analyseren we deze alinea dan zijn de volgende punten te onderscheiden:
1. ''(…) hebben we laten zien wat we kunnen bereiken (…)'',
2. ''kwamen (…) in actie voor een goed pensioen”,
3. ''het kabinet zwichtte onder de enorme druk. En nu ligt er een pensioenakkoord dat veel beter is dan waar ze eerder zo koppig aan vasthielden”.

De eisen

Om met punt 2 te beginnen - ''kwamen (…) in actie voor een goed pensioen''.

Inderdaad, duizenden mensen kwamen in actie. Al sinds 2017 werden diverse acties gevoerd op initiatief van het Landelijk Actiecomité Red het pensioenstelsel. Mede door dit initiatief van kaderleden, verenigd in dit comité, werd door het FNV-bestuur een eisenpakket samengesteld en werd het onderwerp “Pensioenen” een speerpunt in het Offensief van de FNV: het stoppen van de race naar beneden. Een initiatief dat bedoeld is om op te komen voor de belangen van werkenden en gepensioneerden die steeds vaker worden geconfronteerd met verslechteringen, meer flexibiliteit en onzekerheid.

Als belangrijkste eisen in het kader van de pensioenstrijd werden geformuleerd: op tijd met pensioen, een goed pensioen, voor iedereen pensioen en we accepteren geen verdere verslechteringen. Concreet ging het om:

  • bevries de AOW-leeftijd op 66 jaar en maak eerder stoppen met werken mogelijk door afschaffing van de RVU boete (RVU: regeling vervroegd uittreden)
  • indexatie voor elke generatie, dus regel dat de pensioenuitkeringen en de pensioenopbouw van mensen die nog werken meegroeien met de prijsstijgingen, zodat de koopkracht in stand blijft, door over te stappen op een meer realistische rekenrente in plaats van de risicovrije marktrente;
  • regel dat iedereen pensioen opbouwt, dus ook flexwerkers en zzp'ers.

En inderdaad: op basis van die eisen kwamen in 2018 al duizenden mensen en uiteindelijk tienduizenden mensen op 18 maart en op 28 en 29 mei 2019 in actie voor een goed pensioen. En een heel groot deel van Nederland steunde die acties.

Geen AOW op 66 jaar

En nu punt 1 - “(…) hebben we laten zien wat we kunnen bereiken (...)”.
En wat hebben we dan bereikt? Niet het bevriezen van de AOW-leeftijd op 66 jaar. Inmiddels is die immers gestegen naar 66 jaar en 4 maanden. Weliswaar blijft die in 2020 en 2021 “bevroren” op 66 jaar en 4 maanden, maar stijgt vervolgens in stappen naar 67 jaar in 2024 en daarna verder afhankelijk van de stijgende levensverwachting.

Ook niet bereikt is de afschaffing van de RVU-boete, want alleen tot een bedrag van 19.000 euro mogen werkgevers boetevrij een vergoeding geven als werknemers met zware beroepen (tot maximaal drie jaar vóór de AOW-leeftijd) eerder willen stoppen met werken. Concreet is er nog niks geregeld. Of er iets geregeld kan worden, is afhankelijk van cao-onderhandelingen. En als de werkgevers al bereid zijn hier wat te doen, dan nog zullen betrokken werknemers zelf voor een aanvulling moeten zorgen op die 19.000 euro door verlofsparen of pensioen naar voren halen, wat negatieve gevolgen heeft voor het levenslang pensioen.

Indexatie niet geregeld

Ook voor de indexatie van de pensioenen is er nog niks geregeld. In plaats daarvan is afgesproken om het pensioenstelsel op de schop te nemen.

  • De uitkeringsregeling - die een bepaalde pensioenuitkering 'garandeert' - wordt vervangen door een premieregeling die duidelijkheid biedt over de af te dragen premie, maar in het onzekere laat tot welk pensioen dit gaat leiden.
  • De doorsneesystematiek - de belangrijkste grondslag voor collectiviteit en solidariteit in het stelsel - wordt afgeschaft. De kosten die de overgang naar het nieuwe systeem met zich meebrengt, komen ten laste van de premiebetalers en/of de reserves van de fondsen wat ook weer de kansen op indexatie vermindert.
  • De risicovrije marktrente blijft basis voor de berekening van de dekkingsgraad van de fondsen. Weliswaar kan vanaf een dekkingsgraad van 100 procent worden geïndexeerd in plaats van vanaf 104,5 procent. Maar gezien de lager wordende rente is de kans op kortingen eerder toegenomen dan de kans op indexeren.
  • Behalve een individueler pensioen wordt ook de mogelijkheid geboden om een deel van het opgebouwde pensioenkapitaal (maximaal 10 procent) bij pensionering in één keer op te nemen voor andere doeleinden dan het pensioen. Dit gaat uiteraard ten koste van de pensioenuitkering gedurende de rest van het leven.
  • Ook voor de geëiste pensioenopbouw voor flexwerkers en zzp'ers is er niks afgesproken; daarvoor in de plaats (?) is afgesproken dat zzp'ers een arbeidsongeschiktheidsverzekering krijgen.

Samengevat, wat hebben we bereikt? Niets van het eisenpakket, niets waarvoor bijna twee jaar actie is gevoerd! De vraag is dus of de meerderheid van “Nederland” die wel de eisen tijdens de acties ondersteunde, ook dit slechte resultaat zou ondersteunen!

Kabinet niet gezwicht

En tot slot punt 3- “het kabinet zwichtte onder de enorme druk. En nu ligt er een pensioenakkoord dat veel beter is dan waar ze eerder zo koppig aan vasthielden”.
Een merkwaardige of nog beter gezegd: een lachwekkende redenering, want ook het kabinet is (natuurlijk) zeer tevreden over het behaalde resultaat. Juist omdat zowat alle punten uit het regeerakkoord zijn 'binnengehaald'. Zie de formulering in de brief van Koolmees aan de Tweede Kamer (5 juni 2019):
Met het overstappen op een neutrale vorm van pensioenopbouw, het loslaten van het sturen op nominale zekerheid, de overstap op premieregelingen en de introductie van meer keuzemogelijkheden wordt het pensioenstelsel robuuster en persoonlijker. Dit zijn ook de doelen die ten grondslag lagen aan het regeerakkoord.
Het is duidelijk dat het kabinet absoluut niet is gezwicht, maar dat het akkoord er vooral kwam, omdat de FNV onderhandelaars zijn gezwicht. Omdat zij van mening waren 'dat er meer niet in zat'. En daarmee de actiebereidheid van de (kader)leden in twijfel trekkend, terwijl de omvang van de acties juist aan het groeien was tijdens de campagne!

In het vervolg van de tekst op de FNV site komen we zo nog meer misleidende formuleringen tegen, bijvoorbeeld:
Dankzij het pensioenakkoord kunnen heel veel mensen eerder stoppen met werken.
Misleidend, want feitelijk onjuist. De pensioenleeftijd blijft immers (vanaf 2022) verder stijgen. En vervroegd stoppen met werken voor mensen met zware beroepen is nog niet geregeld, want afhankelijk van cao-onderhandelingen die nog moeten beginnen. Behalve die ene concrete afspraak (stijging pensioenleeftijd), die dus geen verbetering maar een verdere verslechtering betekent, bestaat het pensioenakkoord verder vooral uit 'losse eindjes'. Op de site verwoordt de FNV dat als volgt:
Want het akkoord bestaat uit veel meer dan alleen die ene afspraak. Denk bijvoorbeeld aan de regelingen voor mensen met zware beroepen, 3 jaar eerder (of na 45 jaar) kunnen stoppen met werken of het pensioen voor zelfstandigen.
Daarmee wordt de indruk gewekt dat er al diverse regelingen zijn afgesproken. Maar ook dat is onjuist, er zijn nog geen regelingen! Het één moet via cao-onderhandelingen nog worden bevochten, het ander moet worden onderzocht en van een pensioenregeling voor zelfstandigen is al helemaal geen sprake.

Zwaar bekocht

Al met al een triest resultaat. Triest ook, omdat het FNV bestuur met zowel deze berichtgeving als met de enthousiaste campagne tijdens de ledenraadpleging en het referendum voorafgaand aan de besluitvorming, de leden vooral zand in de ogen heeft gestrooid.
Waar het bestuur tijdens de twee jaar durende acties vooral verstek liet gaan in de media en de actiecomités de nodige tegenwerking ondervonden in plaats van ondersteuning, werden na de afkondiging van het akkoord alle registers open getrokken om een positief beeld te schetsen van het bereikte resultaat. Daarbij werden de leden onder druk gezet met uitspraken als: 'dit is het beste akkoord ooit', 'meer zat er niet in', 'als dit niet wordt geaccepteerd, dan zal er een andere onderhandelaar gezocht moeten worden', enzovoort.
Ook het weren van kritische geluiden - de Verklaring van het Actiecomité, waarin werd geadviseerd om tegen het akkoord te stemmen, werd van de lokale FNV sites gehaald door het bestuur! - was onderdeel van de campagne. Behalve dat daarmee de leden werden misleid, werden vooral de actievoerders in de steek gelaten die immers samen met het bestuur streden voor iets geheel anders dan het resultaat dat er nu ligt.

Het is dan ook zeer de vraag of die actievoerders, of andere leden, bereid zullen zijn weer in actie te komen om 'de losse eindjes' om te vormen tot verbeteringen van het pensioen. Toch is dat wat het bestuur vraagt van de leden:
Daarom is het belangrijk dat we zo sterk mogelijk die onderhandelingen ingaan. En daar hebben we jou en je collega’s hard bij nodig.
Maar de actievoerders die zich nu zwaar bekocht voelen, zullen zich wel twee keer bedenken voor ze weer samen met dit bestuur in de frontlinie gaan staan. Want voor nieuwe verslechteringen laten die zich niet meer strikken natuurlijk. En ook de voorstemmers zullen uiteindelijk gaan inzien dat wat verkocht is als 'verbeteringen' niet meer is dan wat steeds het gevolg is van het polderen: gewoon slecht in plaats van heel slecht.

Landelijk actiecomité gaat door

Het Landelijk Actiecomité heeft er voor gekozen, om zijn positie binnen de bond te kunnen behouden, de nadere uitwerking van het pensioenakkoord kritisch te blijven volgen door zitting te nemen in een aantal werkgroepen die worden gevormd. Daarbij zullen ze de eisen, waarvoor actie is gevoerd, als basis blijven gebruiken om de resultaten uit de komende gesprekken te kunnen beoordelen.
Daarnaast zal het comité de verbinding blijven maken met de provinciale actiecomités en lokale afdelingen om die te informeren en te betrekken bij de verdere ontwikkelingen en te bespreken hoe daadwerkelijk verbeteringen kunnen worden gerealiseerd. Want dat zal de inzet van de vakbond moeten zijn: echte verbeteringen realiseren. Bestuur, Ledenparlement en sectoren zullen samen bereid moeten zijn daarvoor een echt offensief te starten. En de leden zullen dat moeten afdwingen. Alleen door die wisselwerking, door aan de basis, dicht bij de leden, te gaan werken aan een meer activistische vakbond, kan het polderen worden gestopt. Het polderen dat immers al tientallen jaren tot verslechteringen leidt en tot zware nederlagen zoals het pensioenakkoord.

Dus niet alleen voor de losse eindjes van het pensioenakkoord zal het Landelijk Actiecomité aan de bak moeten, maar vooral ook voor het weer op de kaart zetten van zo’n nieuwe activistische vakbond. En voor het realiseren van die verandering zullen de leden de handen uit de mouwen moeten steken! Want een sectorraad, een Ledenparlement of een bestuur gaan echt niet zomaar van koers veranderen. De leden zullen moeten opeisen dat die organen binnen de bond in hun belang, in het belang van de leden, moeten strijden tegen werkgevers en overheid, tegen verdere verslechteringen, voor echte verbeteringen voor werkenden en gepensioneerden!