nr. 117
feb 2004

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

Redactioneel

Na 125 nummers zijn anderen aan zet

Ruim 21 jaar oud gaat Solidariteit zijn laatste fase in. Niet zonder slag of stoot, maar na 125 nummers is het in ieder geval met de papieren uitgave gedaan. Dit besluit is het resultaat van een discussie die de afgelopen jaren door de redactie en redactieraad gevoerd is, waar soms over geschreven en een enkele keer op een lezersconferentie over gesproken is.
Er is geen gebrek aan stof en zelfs niet aan abonnees. Wel hebben we grote twijfels aan de realisatie van het doel dat we ons al die jaren gesteld hebben: "(...) een platform zijn om de verspreid optredende kritiek op en ontevredenheid met het vakbondsbeleid te bundelen. Dwars door bonden, sectoren en bedrijven heen".

In de discussies die 21 jaar geleden tot de oprichting van Solidariteit hebben geleid, hadden we voor ogen de bestaande, kritische en soms oppositionele groepen vakbondsleden een discussiemiddel in handen te geven. Een bindmiddel, een strijdmiddel. Nooit was de gedachte dat Solidariteit die oppositie was of kon vormen, wel dat het kon bijdragen aan de ontplooiing en versterking van die oppositie.
In vrijwel alle sectoren waren vakbondsleden die stonden voor een strijdbare vakbondspraktijk. Meer of minder uitgesproken, keerde die strijdbaarheid zich tegen het kapitalistische ondernemerdom, de kapitaalvriendelijke overheid en de volgzame vakorganisaties. Solidariteit deed daar verslag van, steunde, organiseerde mee en probeerde met anderen de kritiek om te zetten in voorstellen, plannen, alternatieven en activiteiten.

Aan onderlinge uitwisseling van ideeën en ervaringen bestond een grote behoefte, evenals aan gezamenlijke initiatieven in de bondsraad of andere bondsorganen. Waar mogelijk ontketenden de verschillende groepen gezamenlijke acties en steunden die van anderen. Ook internationaal en ook maatschappelijk, bijvoorbeeld de steun aan de Britse mijnwerkers en de voortgaande strijd tegen de kruisraketten. Gemeenschappelijk in al deze activiteiten was aan vakbondsbestuurders - en leden - proberen duidelijk te maken dat meedenken, meegaan en meebesturen wel de groene tafel en niet de strijdbaarheid dienen.
Naast deze politiek inhoudelijke kant van het vakbondsbeleid, globaal te typeren als behoudend sociaal-democratisch en in overlegstructuren gepraktiseerd, was er de kwestie van de magere vakbondsdemocratie. Steeds maar weer bleek het centralisme, de discipline en de onvoorwaardelijke loyaliteit van Henri Polak letterlijk en figuurlijk school te maken. En daarmee bewoog Solidariteit zich vanaf het begin op twee fronten. Verzet tegen het veelkoppige kapitalisme en actie voor een onafhankelijke vakbeweging waarvan de zelforganisatie van leden de basis is. Mede door wat FNV 2000 ging heten en in 1984 gelanceerd werd, kwam er een derde front bij. Leden zijn geen vakbondsconsument, maar vakbondsproducent op het brede terrein van vrede, gezondheid en internationale solidariteit.

In de loop van de jaren negentig voltrok zich een algemene, paarse depolitisering in Nederland en leek vakbondsstrijd een voltooid verleden. De FNV verspeelde haar vermogen een tegenmacht te zijn en verzeilde in de waan reële medemacht uit te kunnen oefenen. Een terugtocht op de terreinen van sociale zekerheid, volwaardig werk en emancipatie was het gevolg.

Wat zich ter linkerzijde manifesteerde, binnen en buiten het parlement, kende de vakbeweging niet of deed er afstand van. De vakbondsvijver waarin Solidariteit - en verwante groepen - zich bewoog, werd ondieper en de ene na de andere vis trachtte op het droge te overleven. De vruchtbaarheid nam af, dook elders op en de jonge aanwas verkoos een andere vijver.

Deze ontwikkelingen troffen ook de redactie en redactieraad. De gemiddelde leeftijd steeg, de loondienst werd veeleisender en de bondsrituelen verveelden meer en meer. Positieve aanpassingen werden gezocht en gevonden. Deze gaven nieuwe impulsen aan het blad - "Koers 21, breder dan de vakbeweging" - maar konden niet voorkomen dat voortdurend de discussie opvlamde over de verhouding tussen middel en doel. Het blad is immers geen doel op zich, hoeft niet koste wat kost in stand gehouden te worden, niemand is van de inkomsten afhankelijk en de drukker, opmaker en verzender verdienen aan Solidariteit een paar euro. Een middel dus, dat doel treft, dat wil zeggen een kritisch debat stuwt, mensen bindt en een strijdbare vakbeweging sterkt. Maar dat middel werd een kaars in sombere vakbondskelders.

Solidariteit zou echter zijn geschiedenis verloochenen, wanneer we alles wat aan kennis en contacten in die 21 jaar is opgebouwd als een nachtkaars zouden laten uitgaan. Daarom staat er nog heel wat te gebeuren.

  1. De nummers 118 tot en met 120 worden uitgebracht zoals de lezers en lezeressen dat van ons gewend zijn.

  2. In plaats van de nummers 121 tot en met 125 verschijnt een boek. Daarin wordt de geschiedenis van Solidariteit vastgelegd en de actuele situatie van de sociale bewegingen, inclusief de vakbeweging, verkend. Bovendien zal een aantal klassieke thema's die in Solidariteit vaak aan bod kwamen, opnieuw uitgewerkt worden en in het perspectief van 'de toekomst' geplaatst.

  3. Op 16 mei 2004 vindt in Amsterdam een lezersconferentie plaats.
    Hart daarvan is een debat over de toestand van de Nederlandse vakbeweging en de kansen op een (nieuwe) interne oppositie, gerelateerd aan de ontwikkeling in een aantal buitenlanden.
    Tijdens die conferentie zijn leden van de redactie en redactieraad graag bereid hun kennis en ervaring beschikbaar te stellen aan eventuele initiatiefnemers van een geheel nieuw blad.

  4. De website van Solidariteit wordt voortgezet. Plannen daarvoor komen ook op de lezersconferentie aan de orde.
    Onderzocht zal worden of vanuit die website vakbondscafés en conferenties georganiseerd zullen worden.
Meer weemoedig dan bedroefd, meer overtuigd dan teleurgesteld, meer strijdbaar dan cynisch zullen we Solidariteit tot en met nummer 125 maken. Daarna, maar dat duurt nog even, hebben we met vele anderen nog heel wat werk te verzetten.

Redactie

Lezersconferentie zondag 16 mei 2004

Plaats: Amsterdam Centraal Station, einde spoor 2b, ASSV
Tijd: 12.30-16.30 uur.

Onderwerp: De toestand van de Nederlandse vakbeweging en haar oppositie.
a. Forumdebat.
b. Waarom stopt Solidariteit (met een boek)?
c. Nieuw blad?
d. Plannen website.