nr. 17 Feb 1986 |
Solidariteit
Redaktioneel3 Is niet te veelDe lezerskonferentie van 23 november ligt al weer dik twee maanden achter ons. Elders in dit nummer doen we er verslag van; een samenvatting van de inspirerende inleiding van Koos Verweijmeren en van het middagdebat naar aanleiding van de ochtenddiskussies in bondsgroepen; het was de derde lezerskonferentie; voldoende aanleiding voor de redaktie om kort stil te staan bij de ontwikkeling die deze drie bijeenkomsten te zien geven.De eerste keer - 16 juni 1984 - was vooral een bijeenkomst gericht op het blad Solidariteit zelf. Het bestond een jaar, we wilden de bekendheid vergroten en de meningen en voorstellen van lezers en lezeressen weten. Vanzelfsprekend hebben we deze doelstelling in de volgende konferenties niet losgelaten, wel kwam de nadruk meer te liggen op de inhoud van het vakbondsbeleid. De HamvraagOp de tweede bijeenkomst - 29 juni 1985 - deden we dat door een kritiese beoordeling te maken van de afgesloten CAO's en de daarbinnen gevoerde akties. In vergelijking met de eerste keer brachten we in plaats van achteraf (nummer 7) vooraf een speciaal nummer uit (14). Via ervaringen en standpunten van direkt betrokkenen droegen we materiaal aan voor een diskussie, waarin de strategie voor een andere vakbondskoers centraal kwam te staan. Door deze voorbereiding werden de diskussies afgebakend en direkt verbonden aan de al of niet binnen gehaalde CAO-resultaten. Uit deze terugblik probeerden we konklusies te trekken, waarvan we in nummer 15 verslag deden. Evenals de eerste konden we de tweede lezerskonferentie suksesvol noemen; een goede opkomst, nieuwe abonnees en zinvolle diskussies. Gelijkertijd werden we met de neus gedrukt op de beperkingen van de kritiese stromingen binnen de vakbeweging. Kort samen te vatten in de vraag: 'Hoe bundelen we de veelsoortige kritiek en hoe brengen we die in de vakbondspraktijk?' Zonder illusies over het antwoord daarop, besloten we tot een vervolgkonferentie op 23 november. Een spoedig vervolg, waarin we probeerden een stap verder te zetten door niet alleen terug te kijken op de afgesloten CAO-periode, maar ons in de eerste plaats te richten op de voorstellen en onze eisen voor de komende CAO-onderhandelingen. Ook deze keer boden we voorbereidende informatie aan, nu in de vorm van 'een bijlage' bij nummer 16. Naast een inventarisatie van het CAO-beleid 1985-1986 en een beschouwing over aktiestrategieën, gaven we een analyse van de aktuele reorganisatie van de arbeidsverhoudingen, samen te vatten in de term 'flexibilisering'. Een stap verderOpnieuw kunnen we redelijk tevreden zijn, meer dan zeventig mensen, acht nieuwe abonnees erbij en veel enthousiasme over de 'arbeidersdichters' (in dit nummer komen ze opnieuw aan bod). In vergelijking met de voorgaande bijeenkomsten was er meer samenhang en scherpte in de diskussies. Deze beperkten zich duidelijk minder tot louter uitwisselen van ervaringen en inzichten. Zo'n uitwisseling is weliswaar nodig en nuttig, maar moet niet blijven hangen op de verschillen in ontwikkeling in sektoren en bonden. Opvallend was dat, zonder die verschillen te ontkennen, juist de overeenkomsten in ontwikkeling een grote rol in de diskussies speelden. Dat leidde bijvoorbeeld tot gemeenschappelijke standpunten over de fors om zich heen grijpende flexibilisering van de arbeidsvoorwaarden. Daarbij werd met name de flexibele invulling van de arbeidstijdverkorting, waarvoor de meeste bonden alle ruimte bieden, gezien als een blokkade van de herbezetting en daarmee van de terugdringing van de werkloosheid. Verder werd door velen naar voren gebracht dat de aktuele winststijgingen looneisen alleszins rechtvaardigen. Niet alleen om een einde te maken aan het jarenlange loonverlies, maar ook om het vertrouwen in de zin van arbeidstijdverkorting te herstellen. Mede onder invloed van de akties bij onder andere de brandweer en rotterdamse haven en de paniek over 'een loongolf' werd grote nadruk gelegd op de verbinding tussen looneisen en arbeidstijdverkorting. Op basis van ervaringen in bedrijven en instellingen werd de afnemende bereidheid tot arbeidstijdverkorting toegeschreven aan het samengaan van arbeidstijdverkorting met loondaling. En het doorbreken van juist die relatie werd beschouwd als een noodzakelijke bijdrage aan de komende CAO-ronde. Wanneer we nu, als redaktie, samenvattend terugkijken op de drie konferenties, zien we een opgaande lijn. Van propaganda voor Solidariteit en algemene kritiek op het vakbondsbeleid naar konkrete en praktiese diskussies over een meer aanvallende koers. Diskussies, die lieten horen dat in zo'n koers alle mogelijkheden benut moeten worden die de strijd in gang kunnen zetten. Dat die mogelijkheden er zijn, hoe verschillend dan ook, hopen we in het thema van dit nummer 'Aktiefront in beweging' te laten zien. Dat neemt overigens niet weg dat de weerstand tegen een offensieve strategie binnen en buiten de vakbeweging nog aanzienlijk en het bereik van Solidariteit nog beperkt is. Uitbreiden van onze invloed, versterken van onze posities en vooral behalen van resultaten blijven hard nodig en zijn uiteindelijk belangrijker dan onze lezerskonferenties. De Redaktie (februari 1986) |