nr. 82
dec 1997

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

Redaktioneel

Schandelijk optreden

Wij zijn van die types die bij hun dood het lidmaatschap van de bond beëindigen. En dan doen we het niet eens zelf.

Niet dat we onze ziel en zaligheid bij de huidige vakbeweging hebben liggen want zoals bekend we zijn voor een brede demokratiese en strijdbare vakbeweging. En we zullen ook niet in ons testament opnemen dat De Waal - hoewel hij tegen die tijd wel hogerop zal zitten - ons een laatste groet mag brengen. Voorzover we daaraan op een zwak moment gedacht hebben is dat definitief over. We zullen uitleggen waarom.

Op ons werk, op een familiefeestje of bij de bakker op de hoek, is het soms best moeilijk niet mee te gaan in de afschrijving van de vakbeweging. Vorige week nog, toen in de krant stond dat Robin Linschoten de FNV-voorzitter zo'n goeie man vond: "dat is toch heel iemand anders dan een Van der Scheur of een Bode." Of een dag eerder, toen onze buurvrouw ons diezelfde krant onder de neus drukte; daarin zei werkgeversbaas Blankert over de vakbeweging: "Samen zijn we pro-actief bezig met het definiëren van mogelijke problemen en het zoeken naar oplossingen." Of in het koffiehuis, waar gelachen werd toen ze een bestuurder van de FNV hoorden zeggen: 'dat de looneis een kwart procent omhoog gaat, heeft niets te maken met de kritiek van de leden, nee hoor, de inflatie loopt gewoon wat op'. Of toen twee maanden geleden een kaderlid van de Industriebond FNV voorlas uit een notitie van zijn bond: 'hier staat dat ik moet optreden als employability-makelaar'.

In deze en al die andere situaties redden we het nog wel, even slikken, wat meepraten, uitleggen waarom een bond belangrijk is, dat heel wat bestuurders het spoor bijster zijn en dat er ook kritiese leden bestaan.

Maar die laatste groet of zelfs een jubileumspeldje weigeren we, sinds het schandelijke optreden van bestuurders van de Vervoersbond FNV tegenover de aktievoerende leden van de (amsterdamse) Havenpool. Alles, maar dan ook alles, is gedaan om die akties te breken en om het zeepbel-akkoord er doorheen te jagen. Noem maar wat en het is gebeurd. Intimidatie? Ja. Mikrofoons dichtgedraaid? Ja. Eisen niet uitgevoerd? Ja. Een met de havenwerkers solidaire bestuurder aan de kant gezet? Ja. Afwezigheid op bijeenkomsten van leden? Ja. Kaderleden in de onderhandelingsdelegatie afgeslacht? Ja. Media gemanipuleerd? Ja. Met referendum geklooid? Ja. Een loze deal gesloten met gemeente en ondernemers? Ja. En nog veel meer.

Onder dit geweld is een kleine meerderheid gezwicht. Teleurgesteld, kwaad, murw en nog eens kwaad. Anderen zijn ongebroken, en grijpen elk moment om de strijd in de nieuwe situatie voort te zetten, zelfs binnen de bond die niet alleen zijn gezicht verbrand heeft. De bond, waarvan de belangrijkste onderhandelaar zegt dat strijd leidt tot het verspelen van krediet binnen de nieuwe FNV Bondgenoten. De bond die de vergadering van de bondsraad houdt op een party-schip (de uitnodiging kwam met een expresbrief, want het was plotseling een heugelijk feit vanwege de laatste 'bondsraad', maar in werkelijkheid werd gevreesd voor een aktie van de havenwerkers: bestuur en bondsraad vluchten voor de leden).

En uitgerekend het bestuur van die bond schenkt Rotterdam een monument ter herinnering aan één van de meest waardevolle bestuurders uit de geschiedenis van de vakbeweging. Edo Fimmen, sekretaris van het NVV en voorzitter van de Internationale Transport Federatie.

Redaktie