nr. 86
sep 1998

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

Verborgen of vergeten geschiedenis - koningin Wilhelmina

Dochter van Koning Gorilla

Van Cees Fasseur, hoogleraar geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Leiden, kwam dit jaar het boek "Wilhelmina. De jonge koningin" uit (een tweede deel volgt). Toen Wilhelmina in september 1898 koningin werd, was zij - zo schrijft haar biograaf - ongetwijfeld de best opgevoede achttienjarige in Nederland. Maar hij voegt er aan toe dat zij vermoedelijk beter op de hoogte was van de zeden en maatschappelijke gewoonten van de Minangkabauers en Batakkers op Sumatra dan van de armzalige leefomstandigheden van het amsterdamse en maastrichtse proletariaat.

Socialisten hadden weinig op met de monarchie. Het druiste in tegen hun opvattingen over demokratie en sociale gelijkheid. Wilhelmina's vader koning Willem III vormde met zijn onbeheerst karakter en zijn seksuele uitspattingen een makkelijk doelwit. Zelfs in de internationale royalty was Willem III, die in 1879 op zijn tweeënzestigste trouwde met de twintigjarige Emma, een outcast. In Recht voor Allen van Domela Nieuwenhuis werd "Koning Gorilla" bespot, omdat hij "zo weinig van zijn baantje maakte". Domela moest zakjes plakken. Hij werd veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf vanwege majesteitsschennis. Nadat hij meer dan tweehonderd dagen achter de tralies had gezeten, kreeg hij op 31 augustus 1887 - de zevende verjaardag van Wilhelmina - gratie. Het moet voor de koning een gruwel zijn geweest dat Domela vervolgens de Tweede Kamer instapte, als eerste vertegenwoordiger van de nederlandse arbeiders.

Gouden kooi

Bijna de hele maand september van het jaar 1898 vierde Nederland feest. Wilhelmina werd gekroond. Het partijbestuur van de SDAP gaf een manifest uit, waarin volgens Fasseur met grotere stelligheid dan waarheidsliefde werd betoogd dat het nederlandse volk niets aan het Huis van Oranje te danken had; "het zou, zonder Oranje, hetzelfde zijn geweest als thans". Recht voor Allen gaf de humoristiese suggestie om de opbrengst van de belasting op het gedistilleerd in deze jubelmaanden te vergelijken met die van vorige jaren als beste maatstaf voor de Oranjeliefde.

Behalve journalistiek deed Domela Nieuwenhuis ook wetenschappelijk van zich spreken. Zijn aanvulling op het historiese gedenkboek Een halve eeuw 1848-1898, dat Wilhelmina bij haar troonsbestijging kreeg aangeboden, heeft zij nooit ontvangen. Ze heeft dus gemist wat Domela in Het vergeten hoofdstuk over het lot van de "blanke slaven" in een aantal bedrijfstakken heeft geschreven: over de arbeiders in de aardewerk- en glasfabrieken, de lucifersindustrie, de loodwitfabrieken, de tabaksindustrie, de landarbeid, de konfektie-industrie en het verkeer.

Wilhelmina werd afgeschermd van de republikeinse en heidense socialisten. Dat ze weinig op had met de Spoorwegstakingen van 1903, kan ons dan ook niet verbazen. "Overmoed moet gebroken", tekent zij op 13 februari op. Ze was bang dat akties zouden overslaan naar de miliciens en de vloot. In de troonrede van dat jaar veroordeelde ze de stakingen als "een misdadige woeling". Dat ging zelfs de Staten-Generaal te ver. De Eerste en Tweede Kamer distantieerden zich in hun adres van antwoord van deze woordkeus. Al te hard kunnen we de jeugdige Wilhelmina, die opgroeide in een 'gouden kooi', hier niet op aanspreken. Eigenlijk bevestigen haar opstelling en kommentaar de kritiek van republikeinen en socialisten op de monarchie.

Fasseur tekent fijntjes aan dat niemand bang hoefde te zijn dat bij Wilhelmina de radikale beginselen het spoedig zouden winnen van de maatschappelijke konventies die haar in haar opvoeding en in een konservatief milieu waren bijgebracht.

Staatsrechtelijke vrouw

Het was duidelijk dat de vrouw maatschappelijk en juridies op vele manieren werd achtergesteld. Hoe zou Wilhelmina hier mee omgaan? En hoe rijmden de konfessionelen Wilhelmina's positie met hun overtuiging dat volgens de goddelijke ordening de vrouw nu eenmaal een ondergeschikte positie ten opzichte van de man inneemt? Wat het laatste betreft: ze onderschreven volledig de handelingsonbekwaamheid van de vrouw zoals geformuleerd in het Burgerlijk Wetboek. Staatsrechtelijk kwam er echter een oplossing waarmee het verder was afgehandeld voor de christelijke partijen.

Wilhelmina zelf heeft nog een kort bezoekje gebracht aan de Nationale Tentoonstelling voor Vrouwenarbeid in Den Haag in 1898. Feministen wisten natuurlijk munt te slaan uit haar positie. Niemand heeft de koningin echter ooit kunnen betrappen op enige steun aan de vrouwenbeweging in haar politieke strijd om het kiesrecht en een gelijkwaardiger plaats van de vrouw in het maatschappelijk leven.

Vermoeiend genie

P.J. Troelstra heeft zijn mening over een belangrijk aspekt van de monarchie treffend in de Tweede Kamer verwoord: "Erfelijkheid moge een geschikt leidend beginsel zijn voor paard- en rundveestamboeken, voor het bekleeden van publieke ambten kan het nu eenmaal geen leidraad geven."

Na een grote verkiezingswinst in 1913 kregen de socialisten voor het eerst een kans op regeringsdeelname. Een meerderheid van de socialisten wees dat af. De koningin leek er evenmin voor te voelen: "Die partij is eene partij van propaganda en oppositie; zij is erop uit om steeds alles te blijven eischen, ook als zij een deel kan krijgen." Bij de kabinetsformatie in dat jaar ontmoetten de koningin en Troelstra elkaar voor het eerst. Een histories tête a tête op het Loo. Ongetwijfeld heeft Wilhelmina haar beeld van Troelstra bijgesteld. Meteen na de bijeenkomst schreef ze aan haar moeder Emma: "Troelstra is een genie maar een vermoeiend genie, van een soort dat ik nog nooit ontmoet heb, af en toe opgaande in lichtelaaie van geestdrift en politieke hartstocht heel op zijn eentje als hij komt op punten waarop hij gloeit. Ik zoude niet gaarne die anderhalf uur inspannend luisteren hebben gemist. Hij is beslist de knapste van de ter conferentie ontbodenen, dood jammer dat hij tot die partij behoort."

Troelstra hield zich aan de regels van het spel. Op het station in Apeldoorn weigerde hij wachtende journalisten iets te zeggen over wat was besproken. Hij was onder de indruk van "de vriendelijkheid" van de koningin.

Harry Peer
(trainer/adviseur Travers Opleidingen)