nr. 94
feb 2000

welkom
edities
inhoud

Solidariteit

Stekeltjes

Het rijdend materieel

De lol is er uit, rampen spoeden zich voort. En alles is te wijten aan de voortschrijdende technologie. Voorbeeldje.

Je zit in de trein. Midden op het baanvak, even buiten Den Haag, stopt die trein. Weliswaar in een goed onderhouden weiland, maar toch. In de verte draait een molen, een verdwaalde geit staat tussen de koeienvlaaien, een stralend winterzonnetje voert een gevecht tegen het al aanzwermende, donkere zwerk vanuit de zee, scherp helmgras meevoerend.

"Look, een echt Hollandse lucht", houdt een Engelssprekende reiziger een onbekende voor. "Ja, mooi hè." "Prachtig, prachtig" en "manjefiek" gonst het in de coupé. We hebben de tijd al dat schoons te bekijken. Maar na twee, drie minuten gaat ook dat vervelen. Want, zoals ze dat vroeger bij de Upper Clide toornig zongen, toen die Schotse werf dichtging: "We stand still". En dat is niet niks als reiziger in het polderland.

Tot een licht geruis boven ons duidelijk maakt dat de machinist plannen heeft het reizigersdom iets mee te delen. Nou, hij vertelt zonder omwegen dat hij als enig NS-personeelslid aan boord is en dat hij er, gezien de omstandigheden, niet over peinst z'n vluchtweg bekend te maken.

Even later zien we hem buiten - nota bene op de nevenliggende rails - langs onze coupé sluipen. Staande op een ietwat verhoogde biels schreeuwt hij tegen de wind in dat hij onschuldig is. Het oponthoud komt voor rekening van een intercity uit Vlissingen, die voor zijn en ònze Sprinter staat. Defect. Dat zodoende de baan vóór ons bezet is. Hoe lang het gaat duren, is hem op dat moment onbekend.

"Hé lul, niet ouwehoeren, zet die rotkar in z'n achteruit", schreeuwt een zwartrijdende jonge knul vanuit het gangpad. Wij in de wagon vallen het heethoofd bij. "Ja, terugrijden naar Mariahoeve, daar een vrije baan vinden en dan weer vooruit." Maar de NS-functionaris roept terug dat daarvoor eerst een dienstbevel moet komen, omdat de intercity uit Vlissingen ... De rotjongen in het gangpad wacht niet af, maar blèrt dat het lot van de intercity hem geen moer kan schelen. "Je rijdt er maar omheen, ouwe zak die je bent, anders ..."

De ruwheid van de mededeling schokt ons. Rondom worden motorola's gepakt, toegangcodes ingetoetst, nummers 'gedraaid'... gekreund en gevloekt als blijkt dat de batterij leeg is. Er wordt gesmeekt om gebruik "als u zelf klaar bent" enzovoort, tot een nieuw geruis van de intercom weer hoop geeft, als het ware vooruitloopt op een officieel bericht.

En ja hoor, de meester heeft de kont van de trein bereikt, waarschijnlijk al plaatsgenomen in z'n machinistenstoel en doet kond via de intercom. Zoals hij gewoon is te doen. Volgens hem moet onze Sprinter gewoon terugrijden naar het laatst gepasseerde station, Mariahoeve. Daar zal hij proberen een andere, nog vrije, rails te vinden, waarna we onze reis kunnen voortzetten "naar Leiden, gevolgd door Hoofddorp Binnen, Hoofddorp Buiten, Schiphol, WTC Amsterdam, station RAI, Duivendrecht en via Hilversum Sportpark tenslotte met eindbestemming Baarn." We horen nog wat vaag gemompel: "maar beloven kan ik niks, want eerst moet ik in m'n achteruit zien te komen ..., uiteindelijk zit ik niet aan kop maar aan kont ... een heel vreemde situatie."

"Oh, god", vliegt er bij een KLM-stewardess uit, "ik kan niet tegen terugrijden". Een heer biedt spontaan aan van plaats te ruilen. De opstandige knul is in slaap gesukkeld, moe van het schreeuwen. Even later rijden we. Maar wel terug. Da's een gekke gewaarwording. Toch applaudisseren we. Voor onze inventieve machinist.

En weer later - als we stilstaan bij het een half uur geleden gepasseerde station - meldt de gevierde NS-functionaris dat hij godzijgedankt een leeg stuk rails heeft gevonden. Een officiële dienstmelding komt daar overheen. Dat onze trein de reis naar Leiden, Schiphol met eindbestemming Baarn zal vervolgen, maar dat vandaag op de stations Hoofddorp Binnen en Buiten, Amsterdam WTC, RAI plus Hilversum Sportpark niet gestopt kan worden. Wegens tijdgebrek.

Als het daar nou bij was gebleven. Maar wat doet die stommerd in z'n technisch vernuft? Hij wenst ons allen een prettige voortzetting van de reis ... Niet zo'n klein beetje brak de pleuris uit. Naar later bleek in de hele trein, die trouwens weer vooruitreed. Want wat doet een teleurgestelde menigte? Juist ja, die pakt de eerst verantwoordelijke NS-functionaris; maar die had z'n deur op slot. Wat doet die opgewonden meute vervolgens? Die pakt de eerste de beste met een rode of blauwe blazer en als die òp zijn, neemt ze de stropdassen of iets dat lijkt op een uniform. En zo is het geschied.

Mij krijgen ze nooit meer in een trein en die FNV-bestuurder die op het Nieuws zei dat er vandaag de dag nog maar twee soorten treinen bestaan: gevaarlijke en agressieve, had deze keer gelijk. Dan ben je toch gek als je uit die twee gaat kiezen.

Stekeltje