Welkom Extra's

Democratie en strijdbaarheid, op weg naar een nieuw perspectief

Strategie voor rechtvaardige verdeling van publieke rijkdom (deel 2)

Sjarrel Massop

Een strategie ontwikkelen met een democratisch en strijdbaar perspectief is primair de taak van de leden van een organisatie. Maar dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. De verleiding een strategie vast te leggen in een handvest, een handboek of een manifest is aantrekkelijk, maar ook verraderlijk. Het wordt een opdracht, in plaats van een directe betrokkenheid.

Deze tekst is het vervolg op deel 1 (e535-4), ze vormen één geheel.
Mensen die in beweging willen komen voor veranderingen, kunnen gestimuleerd worden om voor zichzelf en elkaar op te komen. Wezenlijk is echter dat ze hun eigen eisen in de te voeren strijd vaststellen en daarvoor kunnen vechten.
In dit verband is de omschrijving van een manifest bij Wikipedia veelzeggend: Een formele, schriftelijke afkondiging, dat wordt uitgevaardigd door een vorst of door de uitvoerende autoriteiten van een staat of een natie, en waarin, bijvoorbeeld, de motieven voor een oorlogsverklaring, of een andere (inter)nationale actie bekend worden gemaakt. Wordt ook gebruikt voor openbare verklaringen of proclamaties.
Zo'n manifest zal onderdrukte gemeenschappen ('commons') niet of nauwelijks kunnen inspireren om in beweging te komen. (1). Het beantwoordt dan ook om dezelfde reden niet aan de uitgangspunten van een democratische en strijdbare vakbeweging, namelijk: vakbondswerk aan de basis, activerend vakbondswerk, democratisering van de bond.

communistisch manifest
Bron Metadata

Toen en nu

Hoe verhoudt deze directieve opvatting over een manifest zich met het vermaarde geschrift van Marx en Engels: "Het communistisch Manifest"? Overigens, de aanduiding 'communistisch' is nauw verbonden met het Engelse woord 'common'.
Om de term 'manifest' van Marx en Engels te begrijpen, is het jaar waarin het geschreven werd - 1848 - van belang. Dat was een revolutiejaar - boeren, burgers en buitenlui waren als 'commons' de strijd al aangegaan - er was een klassenstrijd gaande. Het was daarmee een manifest van de al in de strijd georganiseerde arbeid(st)ers. De oproep Proletariers aller landen verenigt U, gaf aan dat de strijd verbonden moest worden met andere delen van de onderdrukte klassen.

Opvallend is dat Tuur Elzinga, voorzitter FNV, het in zijn boek heeft over "Democraten aller landen, verenigt U". (2) Een sprekende oproep met echter een onjuiste timing, namelijk in een tijd waar nauwelijks of geen sprake is van strijd. De democratisering volgt op de strijd, dat zou de taak van de huidige vakbeweging moeten zijn. Kijken we nu naar de FNV, dan is dat een illustratie van hoe het niet moet. De actievoerders in de bond, FNV personeel en de samenwerkende sectoren, proberen zich uit de problemen te organiseren. Het centrale begrip is 'governance': anders besturen van de bond. Terecht laten de leden zien daaraan geen boodschap te hebben, de opkomst bij de verkiezingen voor het Ledenparlement bleef steken op 3 procent! De volgorde van de uitgangspunten voor een andere vakbeweging is essentieel. Aan democratisering gaat vakbondswerk aan de basis en activerend vakbondswerk vooraf.

Concrete doelen

Hoe het problematische dilemma tussen democratie en strijd op te lossen, dat is een wezenlijke vraag. Het probleem van de substitutie, de vervanging van de strijd door het machtsvraagstuk is eerder bij Solidariteit aan bod gekomen. (e521-4) Samengevat: eerst de macht voor de strijd aangaan, of zorgt de strijd ervoor dat het machtsvraagstuk op de agenda komt?
Voor 'links' speelt dit dilemma sterk: mensen vertrouwen links niet meer - links slaagt er niet in op te komen voor de belangen van de 'gewone' mensen! Die komen zelf wel in beweging, de boeren zijn in opstand gekomen, de Groningers zijn woedend vanwege de gescheurde huizen, de werkers in de zorg zijn boos over hun inkomen en werkdruk, mensen met het recht op een toeslag werden alleen maar armer, de klimaatactivisten moeten lijdzaam toezien hoe door de politiek de problemen alleen maar groter worden. Al dit verzet werd overgedragen aan de macht, aan 'de politiek' die er vervolgens weinig mee gedaan heeft. De politiek macht is schijn en legt het af tegen de 'holle staat' (e534-2). Een voorbeeld, de gemeenten krijgen de taak om de jeugdzorg beter te organiseren, maar krijgen daarvoor niet de benodigde middelen.

belast mijn publiek niet
Bron NAPK

Een omkering van het denken kan een perspectief bieden. Bonnie Honig schreef daar een inspirerend boek over. (3) Op de achterkant staat de inhoud kernachtig genoteerd: Publieke voorzieningen als parken, rioleringen, gezondheidszorg, bibliotheken en universiteiten zijn cruciaal voor onze democratie. Het zijn dingen waarover we politieke strijd voeren, waarvoor we samen in actie komen en waarvoor we samen zorgen.

Commons

Honig sluit naadloos aan op de denkrichting van Guy Standing, in zijn Plunder of the commons. Ruim veertig jaar neoliberalisme heeft ervoor gezorgd dat onwaarschijnlijk veel publieke zaken in handen zijn gekomen van private ondernemingen. Deze hebben niet het doel de publieke zaak te dienen, maar zijn er uitsluitend op uit geld te verdienen. De opmars van het neoliberalisme en de afbrokkeling van de publieke voorzieningen vormen een bedreiging voor onze democratie. Het is van belang dat de mensen in de gemeenschappen (de commoners in de commons) deze ontwikkeling weten om te draaien. Guy Standing bood in zijn Manifest daarvan een uitgebreide opsomming van wat in de publieke sfeer terug moet. Hij doet dat in zes rubrieken:

Al deze activiteiten dienen weer 'publiekelijk' te worden, maar ze kunnen niet overgelaten worden aan de politiek, aan de macht. Commons zoeken een eigen weg, in het besef dat ze niet over de macht beschikken om de privatiseringen terug te draaien. Ze trachten de gewenste andere samenleving concreet te organiseren, in bijvoorbeeld voedsel collectieven, coöperaties van in- en verkoop, in niet commerciële wooncorporaties. Andere voorbeelden zijn waar te nemen in de milieubeweging, de solidariteitsbeweging met de Palestijnen en de woonbond. De strijd aan de basis van de samenleving door zelf activiteiten te organiseren, gaat vooraf aan de democratisering. Zoals Bonnie Honig zegt: democratie kan niet zonder het publieke bezit van alles wat bijdraagt aan onze bestaanszekerheid en zich keert tegen uitsluiting en vernedering.

(1) Guy Standing, (2019), Plunder of the Commons, a manifesto for sharing Public Wealth, Penguin,
- (2011) The Precariat, the new dangerous class, Bloomsbury, open access.
(2) Tuur Elzinga, (2024) Democraten aller landen, verenigt u, Bot Voorschoten.
(3) Bonnie Honig, (2025) Publieke Dingen, democratie ontregeld, Boom